Verzamelgeschiedenis in Leiden

Tentoonstelling over verzamelgeschiedenis (RMO, Leiden)

Toen Egypte aan Nederland de Taffeh-tempel schonk, was een van de voorwaarden dat het antieke gebouw voor iedereen te bekijken moest zijn. Het gebouwtje staat nu opgesteld in de ontvangstzaal van het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden, waar je inderdaad binnen kunt zonder kaartje. Er is ook een cafetaria waar ik graag met mensen afspreek, en de wand achter het tempelgebouw is in gebruik voor een vitrine waarin het museum recente aanwinsten toont, alsmede kleine exposities.

De huidige tentoonstelling, die deze zaterdag is begonnen, is gewijd aan de geschiedenis van twee voorwerpen uit de collectie en heet Hoe Twee Oudheden Egypte Verlieten. Het ene is het beeldje van een vrouw die graan aan het malen is, het andere is een portret van koning Amenhotep III, die u moet plaatsen tussen 1390 en 1353 v.Chr. of wat later. Ik heb het chronologische probleem al eens uiteengezet. De expositie legt dus uit hoe die voorwerpen in het museum zijn gekomen.

Lees verder “Verzamelgeschiedenis in Leiden”

Een reliëf van de god Chnoem

Chnoem (Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

In 2015 kocht het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden een nieuw Egyptisch reliëf. De presentatie moest destijds op zich laten wachten, omdat direct na de aankoop een Duits museum het voorwerp in bruikleen vroeg voor een tentoonstelling. Maar dat was toen. Het reliëf is alweer enige tijd te zien op de Egyptische afdeling.

Pottenbakker Chnoem

De toenmalige conservator Maarten Raven had van zijn directeur al iets mogen kopen op de kunstbeurs Brafa in Brussel, toen hij nóg iets bijzonders zag. In een ruim dertig centimeter hoog brok zwart graniet was een bijzondere voorstelling uitgeklopt: de Egyptische scheppergod Chnoem met zijn karakteristieke ramskop was bezig om uit een amorfe brok klei op een pottenbakkerswiel de wereld of een nieuwe heerser te creëren.

Lees verder “Een reliëf van de god Chnoem”

Het vernieuwde Allard Pierson

Zomaar drie portretkoppen op de Egyptische afdeling van het vernieuwde Allard Pierson

Het Allard Pierson-museum is vanouds het oudheidkundige museum van de Universiteit van Amsterdam. Het is echter meer dan dat. Het is bijvoorbeeld gevestigd in een historisch pand: de voormalige Nederlandsche Bank. Elke keer als ik de trap opga, bedenk ik dat mensen als Walraven van Hall ook over deze treden zijn gelopen. Inmiddels is de taakomschrijving van de instelling verbreed, waardoor de banden met Amsterdam zijn versterkt. De archeologische verzameling is namelijk samengevoegd met de afdeling Bijzondere Collecties.

Je zou “het Allard Pierson”, zoals de instelling nu wil heten, kunnen typeren als kennisinstituut voor de Amsterdamse verzamelingen. Dat heeft gevolgen voor de antieke collectie, die wat meer dan vroeger de nadruk legt op de eigen geschiedenis. De voorwerpen zijn immers aangekocht door directeuren die allemaal een eigen visie hadden. De verzameling is zelf in feite ook een historisch object. Een eerste stap in deze richting was een verzamelaarskabinet met korte typeringen van die directeuren; de onlangs na een verbouwing heropende afdelingen zijn een volgende stap; en ik heb goede hoop dat de verzamelgeschiedenis van de individuele objecten in de nabije toekomst nog wat meer aandacht krijgt.

Lees verder “Het vernieuwde Allard Pierson”

Een gewiekste zwendelaar en een verblinde wetenschapper

Wat te mooi is om waar te zijn, is vaak niet waar. Dat gold ook voor de in 2012 opgedoken papyrussnipper waarop te lezen viel hoe Jezus van Nazaret sprak over ‘mijn vrouw’. Wat een mooie bevestiging leek van Da Vinci-code-achtige theorieën en daarom enig opzien baarde, bleek al gauw een vervalsing. Daarmee paste dit ‘Evangelie van de Vrouw van Jezus’ in een eeuwenlange traditie van onechte manuscripten. Een wetenschappelijke blamage, zeker, maar geen werkelijk nieuws.

Cover-up

Dat werd het wél toen ontdekker Karen King (Harvard) zei dat het laboratorium de echtheid zou bewijzen. Die aankondiging was alarmerend. Het lab kan namelijk wel vaststellen dat een papyrustekst een slechte vervalsing is, maar herkent een goede vervalsing niet en kan zeker niet bepalen of iets authentiek is. Harvard was rookgordijnen gaan optrekken.

Lees verder “Een gewiekste zwendelaar en een verblinde wetenschapper”

Papyrologie: update (2)

Soms maakt een diepe verslagenheid zich van je meester

Eigenlijk had gisteravond mijn boek Bedrieglijk echt gepresenteerd zullen zijn in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Er zouden leuke antieke teksten zijn voorgelezen, we wilden ramanspectroscopie demonstreren en ik wilde het filmpje vertonen dat u hier kunt bekijken. Tot slot wilde ik gistermorgen op deze blog een update geven bij het boek. Want die was nodig, aangezien Bedrieglijk echt een verhaal bevat waarover nog steeds dingen bekend worden.

Ik raakte geboeid door de materie door het schandaal van het Evangelie van de Vrouw van Jezus. De betrokken onderzoekster zei dingen waarvan ze weten moest dat ze onwaar waren. In het onwaarschijnlijke geval dat ze het echt niet wist, had haar geheugen opgefrist behoren te zijn door de rel rond de Artemidorospapyrus. Terwijl ik het boek schreef, ontvouwden zich echter nog meer schandalen, zoals dat rond Eerste-eeuwse Marcus, de Sapfo-papyri en de diverse valse fragmenten van de Dode Zee-rollen. Ik heb bepaalde delen van mijn boek drie, vier, vijf keer moeten herschrijven. De laatste weken bleef het rustig maar een update is nog steeds zinvol.

Lees verder “Papyrologie: update (2)”

De loden codex

De loden codex (foto Elkington)
De loden codex (foto David Elkington)

Het is heel simpel met oudheidkundige vondsten. Komen ze uit een gecontroleerde opgraving of hebben ze een gedocumenteerde verzamelgeschiedenis, dan kunnen onderzoekers iets doen met zulke voorwerpen; komen ze echter niet uit een gecontroleerde opgraving en hebben ze ook al geen gedocumenteerde verzamelgeschiedenis, dan zijn ze onbruikbaar. Ze kunnen immers vals zijn. Extra wantrouwen is gerechtvaardigd als de interpretatie van het voorwerp nationalisten of religieuze fundamentalisten goed of juist slecht uitkomt. Moeilijker is het niet.

Een recent voorbeeld: een papyrus, stammend uit de achtste eeuw v.Chr., die Jeruzalem noemt. De Israëlische premier Netanyahu was er als de kippen bij om de tekst te gebruiken als bewijs dat Jeruzalem al eeuwen Joods was. De tekst was ook te gebruiken om aanspraken te rechtvaardigen op de westelijke Jordaanoever. Kortom: verdacht.

Lees verder “De loden codex”

Klassieke literatuur (3a): Sapfo

Sappho (Capitolijnse Musea, Rome)
Sappho (Capitolijnse Musea, Rome)

[Bij mijn mail zat onlangs de vraag welke klassieke teksten en vertalingen ik mensen zou aanraden. In deze onregelmatig verschijnende reeks zal ik een persoonlijk antwoord geven, waarbij leesplezier voorop staat. Wie zich er echt in wil verdiepen, kan het beste aan een universiteit bij een collegereeks aanschuiven. Voor de Latijnse literatuur is er Piet Gerbrandy’s Het feest van Saturnus. Voor de Griekse en christelijke literatuur is zo’n boek er niet. Nu heldendicht en leerdicht zijn behandeld, begin ik vandaag aan twee of drie stukjes over alle andere poëzie. Eerst Sapfo, aan wier gedichten ik lange tijd veel plezier heb beleefd.]

Poëzie – ik haat haar en ik houd van haar. “Waarom zo ingewikkeld?” zou u kunnen vragen, en dan moet ik u een uitleg geven waarin ik evenveel vertel over de poëzie als over mezelf. Als ik iets indrukwekkend vind, wil ik het namelijk kunnen delen, erover vertellen. Maar dan moet ik het gedicht samenvatten en juist dan doe ik haar tekort. Desondanks wil ik u toch voorstellen aan enkele klassieke dichters.

Sapfo

De eerste daarvan is de Griekse dichteres Sapfo, die rond 600 v.Chr. in de stad Mytilene op het eiland Lesbos een schooltje lijkt te hebben gehad waar jonge, ongehuwde aristocratische meisjes een soort opleiding kregen. Een deel van haar charme is dat we alleen fragmenten hebben, waardoor we slechts glimpen opvangen van wat ooit een prachtig kunstwerk moet zijn geweest. Het mysterie verhoogt de charme – ik blogde daar al eens over.

Lees verder “Klassieke literatuur (3a): Sapfo”

Alwéér: de Vrouw van Jezus

De snipper waarom het allemaal te doen is
De snipper waarom het allemaal te doen is

Eigenlijk had ik het niet opnieuw willen hebben over papyrologie. Het vakterrein is gewoon dood. Geen wetenschappelijk specialisme overleeft drie dubieuze kwesties achter elkaar. Eerst was er het “Vrouw van Jezus”-fragment dat door Harvard-onderzoekster Karen King bij een (uiteraard) anonieme verzamelaar was gevonden en een vervalsing bleek, maar al door de Harvard Theological Review voor publicatie was aanvaard. Vervolgens waren er de Sapfo-fragmenten: eerst werd over de herkomst gelogen, daarna werden drie of vier andere herkomsten genoemd en we weten nog altijd niet waarom het nodig was er eerst over te liegen. En dan was er nog het Marcus-fragment, waarvan vaststaat dat het is bemachtigd door een mummie-kartonnage kapot te maken: een ingreep die domweg niet nodig is, omdat papyrologen prima papyri kunnen weghalen uit een kartonnage zonder het masker (dat is geschilderd op een laagje gips) te vernietigen. Ik schreef er hier meer over.

Los daarvan bestaat de mogelijkheid dat de fragmenten van Sapfo en Marcus afkomstig zijn van een Egyptisch grafveld waar, lang nadat dit grafritueel elders in onbruik was geraakt, nog kartonnages werden benut. Alsof toekomstige archeologen in Nederland een dorp opgraven waar de mensen op klompen bleven lopen terwijl de rest van het land allang schoenen droeg. We zullen echter nooit méér van het Egyptische Bunschoten weten, want die kartonnages zijn dus vernietigd. Heel professioneel allemaal: wetenschappers die vervalsingen naar wetenschappelijke tijdschriften brengen, redacties die ze aannemen, onderzoekers die egyptologische data vernietigen en de waarheid niet spreken. In de papyrologie kan dat blijkbaar allemaal.

Lees verder “Alwéér: de Vrouw van Jezus”