De keizer in de Romeinse wereld

Elke Romeinse keizer modelleerde zich vroeg of laat op Augustus (Glyptothek, München)

Ik blogde vorige week over de keizers van Rome in de eerst twee eeuwen van onze jaartelling. Het leek een bewogen geschiedenis. Of toch niet? De paradox van het keizerrijk is dat de vorst zoveel macht bezat dat de invulling van zijn rol betekenisloos was. Hij had veel verantwoordelijkheden en kon zich onmogelijk kwijten van alle taken. Zijn staf, de Kroonraad, een groeiend aantal functionarissen uit de senatoriële en ridderstand, legioencommandanten en ambtenaren deden het eigenlijke werk en vielen daarbij terug op beproefde routines. Hoe de vorst zelf zich van zijn taken kweet, was minder belangrijk. Terwijl Nero musiceerde, bloeide het rijk.

De bureaucratische routines waren zo sterk dat de vorsten geen ruimte hadden voor beleidsexperimenten, zoals de god Caligula en de autocratische Domitianus ondervonden. De Severi, die meer deden voor de lagere standen dan hun voorgangers, werden zwaar bekritiseerd door de Senaat – nog altijd hét centrum van bestuurlijke ervaring – en wellicht is hun grootste prestatie dat ze het desondanks veertig jaar uithielden.

Lees verder “De keizer in de Romeinse wereld”

Van keizer tot keizer (1)

Claudius (British Museum)

De antieke bronnen presenteren de geschiedenis van het Romeinse keizerrijk als het verhaal van zo’n honderd in de regel opeenvolgende heersers en veel hedendaagse oudhistorici schrijven op dezelfde wijze over de eerste vijf eeuwen van onze jaartelling. Zeker, er wordt verwezen naar allerlei andere zaken, maar de structuur is ingegeven door een paar dynastieën en honderd mannen. Heel masculien, heel negentiende-eeuws. Een en ander laat zich als volgt samenvatten.

De Julisch-Claudische keizers

Toen Tiberius in 37 overleed, werd zijn achterneef Caligula keizer. Deze zou krankzinnig zijn geweest en werd vier jaar later vermoord. Daarop schoven de keizerlijke garde (die een betaalmeester nodig had) en minister Callistus (die de bestuurlijke continuïteit wilde garanderen) Claudius naar voren, een neef van Tiberius die de reputatie had zwakzinnig te zijn. Zo werd, in de woorden van Flavius Josephus, “een volslagen idioot op de troon vervangen door een volslagen warhoofd”. Tegen alle verwachtingen bleek dit warhoofd zeer capabel.

Lees verder “Van keizer tot keizer (1)”

De Rijn

De Rijn bij Koblenz

Er is wat te doen geweest om de lengte van de Rijn, de antieke Rhenus. Iedereen schreef van elkaar over dat de stroom ruim 1330 kilometer lang was. Feitelijk meet de rivier 1233 kilometer. Althans tegenwoordig. Vroeger was de rivier iets langer, want door kanalen zijn er bekortingen geweest. Maar geen 100 kilometer.

De twee bronnen liggen in de Zwitserse Alpen. De daar ontspringende riviertjes komen samen in de omgeving van Chur, het oude Curia. Vanaf hier stroomt de rivier naar het Bodenmeer: 150 kilometer noordelijker en twee kilometer lager. Bij dit meer, ooit bekend als Lacus Brigantinus, buigt de rivier westwaarts en dondert vervolgens naar beneden over de enorme waterval bij Schaffhausen. Nog even verderop, bij Windisch (Vindonissa), mondt de Aare uit in de Rijn en vanaf daar is de stroom voor schepen bevaarbaar.

Lees verder “De Rijn”

Gladiatrices en dwergen

Gladiatrices op een reliëf uit Halikarnassos (British Museum, Londen)

[Bijna iedereen heeft wel een idee van wat gladiatoren waren: Romeinse strijders die in arena’s als het Colosseum vochten om de bevolking te vermaken. Die kennis is meestal opgedaan in stripboeken als Asterix, Hollywoodfilms of tv-series. Daardoor zingen veel misvattingen rond over gladiatoren. Svenja Grosser-Fabian behandelt zes van die misverstanden. Het eerste stukje was hier.]

Gladiatrices en dwergen

Het staat vast dat er vrouwelijke gladiatoren zijn geweest, want we hebben daarvoor genoeg literair en archeologisch bewijs. Een punt van discussie is echter of ze vochten met blote borsten om zo het mannelijke publiek te prikkelen, zoals de geleerde Kathleen Coleman oppert, of dat zij vochten met een strophium (borstband), vergelijkbaar met die van de zogenaamde “bikinimeisjes” op het beroemde mozaïek uit Piazza Armerina.

Lees verder “Gladiatrices en dwergen”

Het voorhangsel in de tempel

Een cherub uit Tell Halaf (Louvre, Parijs)

In mijn zondagse reeks over het Nieuwe Testament vandaag een bekende scène uit het Lijdensverhaal.

Jezus slaakte een luide kreet en blies de laatste adem uit. En het voorhangsel van de tempel scheurde van boven tot onder in tweeën. (15.37-38; NBV21)

De parallelpassage in Matteüs (27.51-53) voegt nog een aardbeving en de opstanding van de rechtvaardigen toe, terwijl Lukas een zonsverduistering vermeldt (23.44-45). Ik laat de natuurwonderen wat ze zijn; het gaat me om het voorhangsel. Uit Exodus 26 weten we dat het binnen de tabernakel – en, naar men aanneemt, binnen de tempel – hing en diende om het Heilige te scheiden van het Heilige der Heiligen. Het was gemaakt van karmozijnrode, blauw- en roodpurperen wol, voorzien van een patroon van cherubs. Dat zijn de traditionele, gevleugelde wachters van allerlei goddelijke zaken. Zie boven voor een voorbeeld.

Lees verder “Het voorhangsel in de tempel”

Geliefd boek: De moordenaars van de keizer

De klassiek taalkundige en docent Engelse literatuur Santiago Posteguillo (Valencia 1967) is een productief man. In 2006 publiceerde hij het eerste deel van wat een trilogie over Scipio Africanus zou worden. In 2011 volgde Los asesinos del emperador (de moordenaars van keizer Domitianus – in beide betekenissen van het woord), wat het begin werd van een trilogie over Trajanus. Tussendoor waren er nog wat studies over literatuur, en in 2018 volgde het eerste van twee romans over keizerin Julia Domna. Zijn eigen website gewaagt verder van meer dan zeventig wetenschappelijke publicaties, maar daar heb ik weinig van kunnen vinden.

In Spanje vliegen zijn historische romans de winkel uit, maar daarbuiten is hij te weinig bekend. Om onverklaarbare redenen worden er zelfs geen vertalingen gemeld.

Lees verder “Geliefd boek: De moordenaars van de keizer”

Domitianus en de Openbaring van Johannes

Domitianus (Musée Grand Curtius, Luik)

In zijn beroemde roman De kellner en de levenden laat Simon Vestdijk twaalf mensen aanwezig zijn bij iets dat verdraaid veel lijkt op het Laatste Oordeel. Het geestige is dat de verhoudingen zijn omgekeerd: de mensen moeten oordelen over de schepper. Het boek, dat ik u aanraad, wemelt van de verwijzingen naar de Openbaring van Johannes, het laatste boek van het Nieuwe Testament. Vestdijk is maar één van de vele auteurs die aan die tekst inspiratie ontleenden.

De Openbaring van Johannes heeft niet alleen gediend als inspiratie. Er gaat invloed van uit. De door Johannes van Patmos beschreven ideeën over een rampzalig einde der tijden hebben eeuwenlang structuur gegeven aan ons denken. Zonder de urgentie van de klimaatproblematiek te willen ontkennen: de wijze waarop ze wordt gepresenteerd, als een eindtijd die met het juiste gedrag valt te overleven, is gevormd door de Openbaring van Johannes.

Lees verder “Domitianus en de Openbaring van Johannes”

Domitianus (39): Dood van een tiran

Domitianus met dolk

Toen de Romeinse auteur Tacitus in 98 terugblikte op het overlijden van zijn schoonvader, generaal Agricola, schreef hij het volgende:

Er is een diepe troost in zijn ontijdige dood: hij is ontkomen aan die laatste periode, waarin Domitianus de staat niet langer met tussenpozen en adempauzes verstikte, maar zogezegd in één lange wurggreep.

… Weldra waren het onze handen die Helvidius de gevangenis in voerden, waren wij het die getroffen werden door de aanblik van Mauricus en Rusticus, en waren wij het die het onschuldig bloed van Senecio over ons kregen. Nero wendde de ogen tenminste nog af en liet wel misdaden plegen maar keek er niet naar. Onder Domitianus was het moeten toezien en bekeken worden een belangrijk deel van de ellende.

Lees verder “Domitianus (39): Dood van een tiran”

Domitianus (38): De blozende keizer

Domitianus (Museo Archeologico Nazionale, Napels)

In 94 leidde de Romeinse keizer Domitianus een rechtszaak tegen de Cappadocische filosoof Apollonios van Tyana. Gewoontegetrouw had de vorst vooraf een gesprek met de verdachte. De prefect van de keizerlijke garde, Casperius Aelianus, stuurde een bode naar de gevangenis om de verdachte instructies te geven. De Griekse auteur Filostratos weet wat die waren.

Je moet voorbereid zijn op de manier van spreken van de keizer en zijn stuurse blik. Hij klinkt bars, zelfs als hij vriendelijk praat, zijn blik wordt overschaduwd door zijn gefronste wenkbrauwen, zijn gezicht is gezwollen van woede, want dat is vooral de indruk die hij maakt. Van dat uiterlijk moet je niet schrikken. Dat hoort nu eenmaal bij zijn natuur en is altijd hetzelfde. (Leven van Apollonios 7.28; vert. Simone Mooij)

Lees verder “Domitianus (38): De blozende keizer”

Oog op de Oudheid 2022

Oog op de Oudheid is een jaarlijkse serie presentaties en discussies over de bestudering van de oudheid, georganiseerd door het Rijksmuseum van Oudheden. Want de wereld van de Romeinen, Grieken, Kelten, Egyptenaren, Joden en Mesopotamiërs is fascinerend, maar de bestudering daarvan is dat eveneens. Onder het motto ‘geen weetjes maar wetenschap’ hoort u vier avonden lang wat onderzoekers nu eigenlijk doen. In 2022 is Oog op de Oudheid gewijd aan het thema propaganda.

  • data: dinsdag 15, 22, 29 maart, dinsdag 5 april 2022
  • tijd: 20.00 – 21.30 uur (zaal open vanaf 19.30)
  • locatie: Tempelzaal, Rijksmuseum van Oudheden (vooraf aanmelden verplicht) of thuis via livestream
  • kosten: gratis
  • hashtag: #OodO22

Elke avond begint om 20.00 uur, wordt ingeleid door en sluit af met een korte discussie onder leiding van presentator Richard Kroes. Om 21.30 uur is de sluiting.

Lees verder “Oog op de Oudheid 2022”