Het ontstaan van het Kalifaat (1)

Arabische ruiter (Louvre, Parijs)

Ik heb al vaak verwezen naar het ontstaan van een Arabisch wereldrijk in de zevende eeuw na Chr. Dat kun je aanduiden als de “grote Arabische veroveringen” of het “einde van de Oudheid” of “de tijd van de rechtgeleide kaliefen”. Je kunt het niet aanduiden als “de opkomst van de islam”, want dat is een parallel lopend, langzamer proces dat pas later op stoom kwam. Daarover zo meteen meer. Het ontstaan van het Kalifaat is in elk geval de brug tussen de antieke cultuur, die in de zesde eeuw in een crisis raakte, en de Middeleeuwen, wanneer er nieuwe politieke structuren ontstaan en het aantal geschreven bronnen sterk toeneemt.

Een traditioneel beeld

Het traditionele beeld is dat de profeet Mohammed met een nieuw, Arabisch monotheïsme een generatie van enthousiaste nieuwe gelovigen inspireerde, dat zij daarop de halve wereld veroverden en dat uiteindelijk de macht kwam te liggen bij een kalief uit de Umayyadische familie. Die resideerde in Damascus, begon het verworven rijk te organiseren en kon zich daarbij geen scherpslijperij permitteren. Een eeuw later trad de Abbasidische dynastie aan, met hoofdstad Bagdad, die beloofde een meer islamitisch georiënteerde staat te stichten.

Lees verder “Het ontstaan van het Kalifaat (1)”

De rand van de oude wereld: Al-‘Ula

De omgeving van Al-‘Ula

Zoals u wellicht weet, proberen de Arabische oliestaten zich aan te passen aan een wereld waarin de petroleumdollars niet langer als vanzelf binnenstromen. Men investeert in groene technologieën, zet in op scholing, ontwikkelt filmstudio’s en haalt toeristen binnen. Saoedi-Arabië heeft het noordwesten, dat grenst aan Jordanië en de Rode Zee, aangewezen als ontwikkelingszone. Daar strekt de Al-‘Ula-oase zich uit over een lengte van ongeveer veertig kilometer. Althans, dat heb ik gelezen; ik ben nog nooit in Saoedi-Arabië geweest. In elk geval is het gebied weliswaar droog, maar zijn er flash floods; wie dammen, qanats (ondergrondse waterleidingen) en cisternen bouwt, kan het water goed beheren en boomgaarden aanleggen. Denk aan palmbomen.

Dedan / Lihyan

Binnen de oase zijn diverse nederzettingen, die zich in de Vroege IJzertijd ontwikkelden tot het vroege koninkrijkje Dedan. De voornaamste nederzetting is geïdentificeerd bij Al-Khuraybah. Het is hetzelfde proces als waarmee in het noorden Edom, Moab, Ammon, Juda en Israël ontstonden. Hoewel onze informatie beperkt is, zijn diverse monumenten geïdentificeerd, zoals de tempel voor Dhu Ghaybah, de god van het water en de landbouw. De inscripties zijn geschreven in een alfabet en een taal die we Dedanitisch noemen. De Arabische taal arriveerde pas later.

Lees verder “De rand van de oude wereld: Al-‘Ula”

De Nabateeërs van Petra

Een Nabatees portret uit Mada’in Salih (Archeologische Musea, Istanbul)

Voor ik het met u kan hebben over de Nabateeërs, een Arabische stam in zuidelijk Jordanië en het noordwesten van Saoedi-Arabië, moeten we het eerst hebben over de Assyriërs. In de loop van de negende en achtste eeuw v.Chr. onderwierpen die grote delen van de Levant. Na 612 v.Chr. namen de Babyloniërs de macht over in het Nabije Oosten. Zij annexeerden de koninkrijkjes die nog ontbraken aan het oosterse wereldrijk: Juda in 587, Ammon en Moab in 582, Edom in 553. Koning Nabonidus trok daarna verder naar de oase Tayma en bereikte uiteindelijk Yatrib, het huidige Medina.

Daarmee kwam een einde aan een reeks kleine IJzertijdstaten, zonder dat er duidelijk nieuw gezag was. De bewoners hergroepeerden en verplaatsten zich. De bewoners van Edom lijken naar het noordwesten getrokken en in het gebied dat ze achterlieten treffen we de Nabateeërs aan. In een jong deel van het boek Jesaja lezen we dat “Nebajoth” kwamen offeren in Jeruzalem (60.7). We weten niet zeker of dat Nabateeërs zijn, maar het zou kunnen.

Lees verder “De Nabateeërs van Petra”

Geliefd boek: Leeres Viertel

Enigszins in het verlengde van de blog van 18 december j.l. van Huibert Schijf over het boek The Marsh Arabs van Sir Wilfred Thesiger, waarin Schijf ook diens boek Arabian Sands (1959) noemt waarin Thesiger zijn reizen in de Rub’ al-Khali woestijn in het zuiden van Saoedi-Arabië in de jaren 1940 beschrijft, hierbij een verhaal over één van mijn favoriete boeken, de roman Leeres Viertel/Rub’ al-Khali (1996) van de Duitser Michael Roes (geb. 1960).

Ik ga in deze blog uit van de Nederlandse vertaling van Nelleke van Maaren uit 2001 (uitgave Arbeiderspers), om de simpele reden dat dit het exemplaar is dat in mijn boekenkast staat. Ik trof het kort na verschijning aan in een plaatselijke boekhandel en schafte het aan puur op basis van de informatie op de flaptekst. Ik werd na lezing niet teleurgesteld. Duitstalige boeken waren in die tijd alleen bij de grote boekhandels in de grotere steden verkrijgbaar en ik bestelde mijn Duitse boeken in de regel bij Die Weisse Rose in Amsterdam, zoals ik mijn Griekse boeken bestelde bij Het Griekse Eiland in diezelfde stad. Beide zijn inmiddels ter ziele en hun plaats is digitaal ingenomen door ‘de winkel van ons allemaal’. Ik was hoe dan ook tevreden met mijn fraai gebonden Nederlandstalige exemplaar van 746 pagina’s, inclusief aanhangsels. Voor zover ik weet zijn zowel de Nederlandse als originele Duitse uitgave uitverkocht, maar tweede hands nog vrij eenvoudig verkrijgbaar.

Lees verder “Geliefd boek: Leeres Viertel”

Mohammed. Van profeet tot legerleider

Vorige week zou Mohammed. Van profeet tot legerleider van wetenschapsjournalist Marcel Hulspas zullen zijn gepresenteerd, maar de auteur was ziek. Dit boek verdient echter wel aandacht, want het is echt aardig. Ik zal het echter niet bespreken, aangezien ik meelezer ben geweest.

Moet u dit boek lezen? Een historische belangstelling behoeft natuurlijk geen rechtvaardiging. En zeker Mohammed, de beroemdste Arabier aller tijden, verdient een behoorlijke biografie. Hulspas is dan ook beslist niet de eerste die er een schrijft. Sterker nog, in feite is dit Hulspas’ vierde boek over de periode tussen pakweg 550 en 650 na Chr. Eerst publiceerde hij een lijvige biografie, namelijk deze. Vervolgens was er een boekje over de wijze waarop Mohammed moderne moslims inspireert. Daarna was er Uit de diepten van de hel. In dat boek behandelde Hulspas de christelijke geloofsconflicten, de daaruit voortvloeiende verzwakking van het Byzantijnse Rijk en de opkomst van de islam. En nu dus een boek dat als werktitel De kleine Mohammed had maar zoveel nieuws bevat dat het moeilijk kon doorgaan voor een samenvatting van het voorafgaande. Een geheel nieuw boek dus, dat ik met plezier heb gelezen.

Lees verder “Mohammed. Van profeet tot legerleider”

Nieuwe oude alfabetten

Dedanitische inscriptie (Koning Saoed-universiteit, Riyad)

Ik heb al eens geschreven dat het niet de Feniciërs waren die het alfabet uitvonden, al hebben ze het wel doorgegeven aan de Grieken. Sinds het begin van de twintigste eeuw is bekend dat in de Sinaï-woestijn al alfabetisch werd geschreven in wat egyptologen de Tweede Tussenperiode noemen, tussen 1800 en 1550 v. Chr.

Primitievelingen

Nog oudere aanwijzingen voor het gebruik van iets dat alfabetisch kan worden genoemd, komen uit de Wadi el-Hol in Boven-Egypte. Daar lijken vermoedelijk West-Semitisch-sprekende arbeiders rond 1900 v.Chr. graffiti te hebben aangebracht. Je kunt je voorstellen hoe Egyptische klerken op die mensen neerkeken: wie een beetje wilde schrijven moest honderden hiërogliefen kennen, dat stelletje primitievelingen kende maar twee dozijn tekens, wat een simpelaars toch, die Aziaten konden nog niet eens een fatsoenlijk determinatief noteren.

Lees verder “Nieuwe oude alfabetten”

Een Joods graf uit Saoedi-Arabië

Joods grafschrift uit Hegra

Een paar jaar geleden kondigde de Saoedische oudheidkundige dienst aan dat ze meer aandacht zou besteden aan het joodse erfgoed op het Arabische Schiereiland. Het is al heel lang bekend dat dit er is want ooit was Jemen een Joods koninkrijk. De islamitische traditie vertelt over hardhandige conflicten tussen Mohammed en joodse stammen. Vreemd is het dus niet dat er aandacht voor is, zeker nu Saoedi-Arabië en Israël elkaar hebben gevonden in hun vijandschap met Iran.

Toch is het blijkbaar nog een stap te ver om er ook mee te koop te lopen. Een voorbeeld is het bovenstaande grafschrift, dat is opgegraven in het Al-Mabiyat-grafveld bij het Romeinse fort Hegra (Al-‘Ula) en dat deel uitmaakt van de archeologische collectie van de Koning Saoed-Universiteit in Riyad. Ze is tot 8 maart nog te zien op de overdonderend mooie Al-Ula-expositie in het Institut du Monde Arabe in Parijs. De bovenste helft van de inscriptie, waarin de naam van een overleden man moet hebben gestaan, is verloren maar het restant is intrigerend.

Vrede (šlm) over het graf van Rammanat, zijn echtgenote, de dochter van Yusuf, de zoon van Irar uit Qaryat. Ze overleed op 26 ijar van het jaar 175.

Lees verder “Een Joods graf uit Saoedi-Arabië”

Aelius Gallus in Jemen

De eerste van de twee in het geciteerde artikel genoemde inscripties (© Mission archéologique franco-italienne de Tamna)

In het jaar 30 v.Chr. annexeerde Octavianus, de latere keizer Augustus, Egypte. Het werd geen normale Romeinse provincie maar gold als het persoonlijke domein van de heerser, bestuurd door een prefect. De eerste, Cornelius Gallus, kennen we ook als dichter; zijn opvolger Aelius Gallus is bekend om een als mislukt te boek staande expeditie naar het Gelukzalige Arabië, het huidige Jemen. Deze vond plaats in 26-25 v.Chr. Na zijn terugkeer organiseerde Aelius Gallus een tocht tegen het Nubische koninkrijk Meroë, en toen die niet het beoogde succes had opgeleverd, riep Augustus hem terug.

Aan Aelius Gallus’ Arabische veldtocht danken we een goede beschrijving van het westen van wat nu Saoedi-Arabië heet, overgeleverd in het aardrijkskundeboek van Strabo. Het doel lijkt te zijn geweest de Wierookroute te verkennen en verdragen te sluiten, al meldt Strabo dat Aelius Gallus ook vermoedde dat er veel edelmetaal en edelstenen wachtten in het diepe zuiden. De bewoners van het Middellandse Zee-gebied betaalden immers fors voor de wierook en wisten niet beter of de bewoners van de Jemenitische koninkrijkjes gaven dat nergens aan uit. Er moesten dus enorme bedragen liggen.

Lees verder “Aelius Gallus in Jemen”

De wierookroute (3)

Een karavaan langs de Wierookroute (Bosra)

Van Mekka naar Bosra

De christenen, die in de loop van de vierde en vijfde eeuw meer invloed kregen op de Romeinse samenleving, beschouwden het branden van wierook als een vorm van afgodendienst en waren er lange tijd terughoudend mee. De handel in geurstoffen leed eronder en er waren grote sociale veranderingen op het Arabische Schiereiland – meestal niet ten goede. De islamitische verhalen over het onrecht tijdens de djahiliya (de “tijd der onwetendheid” vóór de profeet Mohammed) lijken echo’s te bevatten uit deze periode van maatschappelijke onrust.

Lees verder “De wierookroute (3)”

De wierookroute (2)

Ergens langs de Wierookroute ontmoeten deze vrouw en deze man elkaar bij een bron (Istanbul, Archeologische Musea)

Van Shabwa naar Gaza

arabia_mapNa de formaliteiten in Shabwa reisden de handelaren verder. De routes lagen vast en volgens Plinius gold het als misdrijf een andere weg te nemen. De karavanen trokken eerst naar Timna en Marib, de hoofdsteden van Qataban en Saba. Daar wendden ze zich naar het noordwesten, naar de vruchtbare oase van Najran, waar de kooplieden de stedelijke wereld van Jemen verlieten en begonnen aan de tocht door het Arabische nomadengebied.

Lees verder “De wierookroute (2)”