Prinsjesdag, Plinius, Mill en de vergelijkingstheorie

J.S. Mill

Morgen is het Prinsjesdag en dat is een mooie gelegenheid om het weer eens over vergelijkingstheorie te hebben. Het demissionaire Nederlandse kabinet zal wel een miljoenennota indienen en u kent de problemen waarvoor de overheid staat. In heel Europa. De diverse overheden hebben enorme bedragen geleend. Nog nooit – althans in vredestijd – was de staatsschuld zo hoog. Gelukkig zijn de rentes laag, zodat we ons er vooralsnog geen zorgen om hoeven maken. Probleem is wel dat er vrijwel geen marktpartijen meer zijn die schulden tegen zulke lage rentes willen afnemen. De overheid kan hen daartoe echter, ook al zal men het niet graag doen, wel dwingen. Het is weliswaar in hun financiële nadeel, maar in het gemeenschapsbelang. De Romeinen zouden het hebben begrepen.

Plinius in Bithynië

In de eerste jaren van de tweede eeuw na Chr. was de provincie Bithynië-Pontus in grote financiële problemen geraakt. Keizer Trajanus stuurde een bestuurder met buitengewone bevoegdheden, Plinius de Jongere. Diens correspondentie is over. Aan de dateringen is te zien dat hij werkte zoals een interimmanager betaamt: eerst maakte hij een plan van aanpak, wat aanvankelijk resulteerde in een lawine aan brieven, daarna werkte hij zijn plan uit en neemt de frequentie van de brieven af. Brief 10.54 documenteert het succes. Het begint met Romeinse standaardstroopsmeerderij:

Lees verder “Prinsjesdag, Plinius, Mill en de vergelijkingstheorie”

Ach ja, de VVD

vvd_logo

Ach ja, de VVD. Als zwevend kiezer heb ik ook weleens op die partij gestemd. Voor het stadsdeel. Ze maakte haar verkiezingsbeloften waar – het vuilnisprobleem werd inderdaad opgelost – en de keer daarna waren er weer andere partijen die mijn stem waard waren en dus zweefde ik verder.

Maar goed. Ik beschouw de VVD dus als een in principe normale partij. Het probleem is dat de grenzen van die normaalheid wel in zicht zijn. Mark Rutte begrijpt niet wat waarheid is en er is inmiddels een te lange reeks halve schandaaltjes en hele schandalen. Oké, een partij met een abonnement op de macht levert bovengemiddeld veel bewindslieden en heeft dus ook bovengemiddeld veel integriteitskwesties, maar het zijn er boven-bovengemiddeld veel. Als ik VVD-lid zou zijn raakte ik langzamerhand verontrust. Erg verontrust. Heel erg verontrust.

Lees verder “Ach ja, de VVD”

Communistische archeologie (3)

Een recent overzicht van de Neolithische Revolutie. In de eeuwen tussen 10.000 en 7800 v.Chr. (het Pre-Pottery Neolithic A en B) werd op vijf plekken tegelijk de landbouw ontdekt. Uit: S. Riehl e.a., "Emergence of Agriculture in the Foothills of the Zagros Mountains of Iran", in Science Magazine Vol. 341 (2013), Issue 6141, pp. 65-67.
Een recent overzicht van de Neolithische Revolutie. In de eeuwen tussen 10.000 en 7800 v.Chr. (het Pre-Pottery Neolithic A en B) werd op vijf plekken tegelijk de landbouw ontdekt. Uit: S. Riehl e.a., “Emergence of Agriculture in the Foothills of the Zagros Mountains of Iran“, in Science, Vol. 341 (2013), Issue 6141, pp. 65-67.

Ik blogde eergisteren over de communistische archeologie, waarvan ik vertelde dat die een verklaring zocht voor de “spreadsheet” van regio’s en archeologische culturen die was opgesteld door Oscar Montelius. Liberalen namen als “motor” achter de vooruitgang aan dat individuen uitvindingen deden die zich daarna door imitatie verspreidden. Dat heet diffusie en meestal ontwaarde men een beweging van oost naar west. De racisten geloofden dat culturele innovaties zich verspreidden door migratie en zagen liever een beweging vanaf de Noordduitse Laagvlakte naar de rest van de wereld.

De communisten meenden dat dezelfde uitvinding verschillende keren kon worden gedaan, mits de productiemiddelen en -verhoudingen vergelijkbaar waren. Ik illustreerde dit aan de hand van de megalithische monumenten. Een ander voorbeeld is het goed-marxistische idee dat de vooruitgang geen gestaag proces is, maar plaatsvindt door middel van revoluties.

Lees verder “Communistische archeologie (3)”

Communistische archeologie (2)

Een deel van Childe's "spreadsheet" van antieke culturen. Anders dan je van een archeoloog zou verwachten, is het jongste onder en het oudste boven.
Een deel van Childe’s “spreadsheet” van antieke culturen. Anders dan je van een archeoloog zou verwachten, is het jongste onder en het oudste boven.

Ik blogde eergisteren over de communistische archeologie, waarvan ik vertelde dat die overeenkomsten had met de wijze waarop liberalen keken naar het vak. Beide politieke stromingen delen immers een in wezen optimistisch toekomstbeeld en de grote wetenschappelijke winst van de negentiende eeuw is geweest dat de archeologen een empirische basis legden onder het achttiende-eeuwse vermoeden dat er in de geschiedenis vooruitgang was geweest.

Centraal daarbij stond het type archeologie dat Oscar Montelius had ontworpen, waarin het verleden in feite een grote spreadsheet was van regio’s en archeologische culturen. Wie er chronologisch doorheen ging, zag een zekere vooruitgang, maar verder was het eigenlijk een soort geschiedenis-met-andere-middelen, waarin de antieke beschavingen de plaats hadden overgenomen van koninkrijken die ontstonden, bloeiden en instortten. Dit was toch wat onbevredigend. Je wil méér. Je wil weten wat de motor achter de vooruitgang is. Al was het maar om die motor te stimuleren voor, om het eens negentiende-eeuws te verwoorden, the future improvement of society.

Lees verder “Communistische archeologie (2)”

Problematische vrijheid (2)

Achttiende-eeuws portret van Augustinus (Porta Nigra, Trier)

[tweede deel van een artikel; het eerste is hier]

Als het gaat om een reëel beeld van wat mensen zijn en kunnen, is de laat-antieke filosoof Augustinus een interessantere denker. Hij begreep namelijk wél dat mensen niet zo sterk zijn als ze zich verbeelden. Als we hem niet meer lezen omdat hij een christelijke bisschop was, doen we dat tot ons nadeel.

In verschillende brieven bespreekt hij de toepassing van dwang om mensen op het goede pad te brengen en te houden. Het herderlijk schrijven komt op ons hard over, en we vinden het vreemd dat er dwang zou kunnen bestaan als het gaat om iets zó persoonlijks als je levensbeschouwing, maar het gaat me nu om het principe dat hij uiteenzet: mensen weten vaak niet wat goed is voor ze (ze herkennen hun “welbegrepen eigenbelang” niet) en daarom moeten ze soms worden gedwongen mits deze dwang (a) een goed doel dient en (b) onderdeel is van een argumentatie.

Lees verder “Problematische vrijheid (2)”

Problematische vrijheid (1)

Lange Niezel 25, Amsterdam

Joris Luyendijk had gisteren een aardige column (hier) waarin hij schrijft dat

hoe meer je van de financiële sector begrijpt, hoe beter je doorkrijgt dat het echt niet alleen de banken waren die er een puinhoop van hebben gemaakt.

Vervolgens legt hij uit dat veel mensen met hun hypotheek enorme risico’s hebben genomen en dat het niet aangaat de bankiers de schuld te geven van dat roekeloze gedrag. Als de mensen beter hadden begrepen wat ze deden, zouden we nu aanzienlijk minder problemen hebben.

Lees verder “Problematische vrijheid (1)”

Potten en pannen

montelius
Montelius

En zo maakte voormalig staatssecretaris van Cultuur Halbe Zijlstra toch school met zijn opmerking dat hij niet wist wat hij aan moest met “musea vol opgegraven potten en pannen”. Zijn epigoon blijkt niemand minder dan de Turkse premier Recep Erdoğan, die eveneens van mening is dat potten en pannen behoorlijk in de weg kunnen liggen. Lees maar. Beide heren bedoelen, vanzelfsprekend, dat ze niet goed weten waartoe archeologisch onderzoek dient.

Voor een oudheidkundige is zoiets natuurlijk vervelend om te lezen, maar de mannen hebben wel een punt: het belang van de oudheidkundige disciplines spreekt niet vanzelf en zal af en toe moeten worden uitgelegd. De subsidie van archeologische musea is geen absoluut recht en er zijn legio situaties denkbaar waarin het oudheidkundig onderzoek moet wijken voor andere zaken.

Lees verder “Potten en pannen”

Calvijns erfenis

Hier is echt iemand verantwoordelijk voor.

Een vriend van me – u moet zijn blog lezen – heeft nogal wat banen gehad voor hij definitief de juiste betrekking vond. Hij is dus ervaringsdeskundige op het gebied van bazen. Eén daarvan had een opmerkelijke visie, die hij zelf aanduidde als “helderheid”. (Dit speelt dus enige tijd geleden, want dat heet inmiddels “transparantie”.) Als er een probleem was, zocht hij vooral naar de verantwoordelijke, die de kwestie in eerste instantie ook moest zien op te lossen.

Dat is inderdaad helder. Maar het is niet altijd praktisch. In veel gevallen is er geen verantwoordelijke. Dat de verkoop tegenvalt, ligt niet aan de verkoper, maar ook aan de teruglopende economie. Wie dan toch de verkoper aanspreekt, bemoeilijkt de oplossing. Hoewel er soms wel degelijk mensen aanspreekbaar zijn op concrete problemen – Mark Rutte is echt persoonlijk verantwoordelijk voor de keuze tegen Paars-plus en voor de keuze Nederland uit te leveren aan de PVV – denk ik dat een goede manager minder zoekt naar verantwoordelijken dan naar oplossingen.

Lees verder “Calvijns erfenis”

Het is de moraal, stommeling

J.P. Morgan

De directeur van een woningcorporatie, zo lees ik, laat zijn organisatie achter op de rand van bankroet. Evengoed neemt hij een bonus mee van 3,5 miljoen euro. Dat is wrang, en daarom wil Kamerlid Monasch “het hele juridisch arsenaal uit de kast halen” om het terug te vorderen. Ook minister Spies vindt de beloning “ongepast”.

Allemaal praatjes voor de vaak. Als Monasch werkelijk zou denken aan juridische stappen, sprak hij met een advocaat en niet in de Kamer. Mijn eerste reactie was daarom dit terzijde te schuiven als de zoveelste stommiteit waarmee de burger kopschuw wordt gemaakt voor de politiek.

Lees verder “Het is de moraal, stommeling”