De keizer in de Romeinse wereld

Elke Romeinse keizer modelleerde zich vroeg of laat op Augustus (Glyptothek, München)

Ik blogde vorige week over de keizers van Rome in de eerst twee eeuwen van onze jaartelling. Het leek een bewogen geschiedenis. Of toch niet? De paradox van het keizerrijk is dat de vorst zoveel macht bezat dat de invulling van zijn rol betekenisloos was. Hij had veel verantwoordelijkheden en kon zich onmogelijk kwijten van alle taken. Zijn staf, de Kroonraad, een groeiend aantal functionarissen uit de senatoriële en ridderstand, legioencommandanten en ambtenaren deden het eigenlijke werk en vielen daarbij terug op beproefde routines. Hoe de vorst zelf zich van zijn taken kweet, was minder belangrijk. Terwijl Nero musiceerde, bloeide het rijk.

De bureaucratische routines waren zo sterk dat de vorsten geen ruimte hadden voor beleidsexperimenten, zoals de god Caligula en de autocratische Domitianus ondervonden. De Severi, die meer deden voor de lagere standen dan hun voorgangers, werden zwaar bekritiseerd door de Senaat – nog altijd hét centrum van bestuurlijke ervaring – en wellicht is hun grootste prestatie dat ze het desondanks veertig jaar uithielden.

Lees verder “De keizer in de Romeinse wereld”

Een muntschat uit de Vlaamse Ardennen

Muntschat uit Grotenberge (Archeocentrum Velzeke)

Vanmorgen was ik in het archeologisch museum in Velzeke, waar ik in 1999 voor het laatst was geweest. Het bleek totaal vernieuwd en wie zich ooit in de archeologie van westelijke België wil verdiepen, moet er zeker heen. U kunt het op één dag combineren met de Espace Gallo-Romain in Ath en de Archeosite van Aubechies. Alle drie zijn aantrekkelijk ingericht met het oog op educatie.

De muntschat hierboven trok mijn aandacht. Er zijn er diverse in het museum van Velzeke en enkele dateren uit 260 na Chr. Ook de muntschat uit Reims waarover ik al eens blogde, hoort hierbij. Deze lijkt een paar jaar jonger: de jongste munt is van keizer Postumus, die regeerde van 260 tot 269. De oudste munten zijn van Gordianus III (r.238-244). Nog oudere munten zullen wel niet meer in omloop zijn geweest toen deze muntschat is begraven, want het zilvergehalte daarvan was wat hoger en dus was het aantrekkelijk die uit circulatie te halen.

Lees verder “Een muntschat uit de Vlaamse Ardennen”