Italica en de Gravin van Lebrija (2)

Het paleis van de gravin van Lebrija, met een mozaïek uit Italica

[Het tweede deel van Dieter Verhofstadts artikel over de Romeinse stad Italica, in Andalusië, en de Gravin van Lebrija. Het eerste deel was hier.]

Deze blog over Romeinse kunst in Europa heeft een andere kijk op de rol van de Gravin van Lebrija bij de opgraving van Italica. Als invloedrijke intellectuele kunstminner was ze maar al te goed op de hoogte van het belang van de oude Romeinse stad. Toen de opgravingen tegen het einde van de negentiende eeuw werden geïntensiveerd en de prachtige mozaïekvloeren werden blootgelegd, kocht zij enkele bewakers om, zodat ze een aantal naar haar woning kon verplaatsen. De verantwoordelijke voor de site, de archeoloog De los Ríos, confronteerde de gravin met wat hij als diefstal beschouwde en probeerde haar ertoe te bewegen de mozaïeken terug te geven. In plaats van zijn eis in te willigen, dreigde ze ermee hem te laten ontzetten uit zijn opdracht.

Vrouw in een mannenwereld

Deze versie, waarvan ik geen andere, laat staan officiële of wetenschappelijke, bron terugvind, geeft niet alleen een andere toedracht over de beweegredenen van de gravin, maar weerlegt de algemene teneur in de levensverhalen die men bij de stichting en op de -pedia’s vindt, namelijk dat het voor een vrouw in de negentiende eeuw zeer ongebruikelijk was om invloed uit te oefenen op het publieke leven en dat zij voortdurend moest optornen tegen de door mannen gedomineerde wereld van kunst, wetenschap en politiek. Dat zij een officieel aangestelde, mannelijke wetenschapper zomaar kon afdreigen, past niet in dat plaatje.

Lees verder “Italica en de Gravin van Lebrija (2)”

De plundering van Apameia

Apamea in de winter van 2013

Bovenstaande foto is tien jaar geleden gemaakt, dus in 2013. Ze toont de Hellenistisch-Romeinse stad Apameia in Syrië. Het maanlandschap kwam symbool te staan voor de plundering en vernietiging van archeologische vindplaatsen in Syrië en Irak – met name door de zogenaamd Islamitische Staat.

Al snel sprak UNESCO van culturele genocide. Er was zeker iets gebeurd, maar het probleem was dat we het niet echt zeker wisten. Het ontbrak lange tijd aan onafhankelijke en betrouwbare informatie. Toen er wetenschappelijke literatuur kwam, gebaseerd op betrouwbare informatie, bleek dat de zaak genuanceerder en vooral gecompliceerder lag.

Lees verder “De plundering van Apameia”

Illegale oudheden

Soms maakt een diepe verslagenheid zich van je meester

Een week of drie geleden publiceerden de Vlaamse televisieomroep VRT en de krant De Tijd drie artikelen over de illegale handel in oudheden in België. Eén daarvan ging over de Benin-bronzen, het interessantste ging over een Egyptisch beeldje en het derde ging over de vraag waarom nu net België een draaischijf is geworden in de internationale zwarte handel. Het antwoord laat zich raden. De handel in illegale oudheden “heeft kunnen profiteren van de laksheid bij de overheden die moeten strijden tegen dit soort fraude”, aldus Sarah Durant, woordvoerster van het Brussels parket. De laatste specialist bij de Belgische federale overheid is begin dit jaar met pensioen gegaan en de centrale dienst kunstcriminaliteit is opgedoekt.

Als het over illegale oudheden gaat, kennen we uit Nederland soortgelijke journalistieke stukken. Theo Toebosch schrijft er regelmatig over in het Handelsblad het NRC: de grafgiften van Ny-Kau-Ptah, inbeslagnames op de kunstbeurs Tefaf, de Sapfo-papyri, illegaal keramiek in het Amsterdamse Allard Pierson-museum en nog vorige maand de arrestatie van de Italiaanse grafrover Raffaele Monticelli. Ik heb zelf een artikel in de pen gehad over de plundering van opgravingen, niet in verre buitenlanden maar hier in Nederland. Daarbij stuitte ik op zóveel voorbeelden dat het domweg geen krantenartikel meer zijn kon. Wie denkt een boek over illegale oudheden te kunnen schrijven dat geen eindeloze herhaling van steeds hetzelfde verdrietige verhaal is, kan zich melden en krijgt mijn documentatie cadeau.

Lees verder “Illegale oudheden”

De schade van I.S.I.S.

Door I.S.I.S. beschadigde inscriptie (Mar Behnam)

Zoals u weet oefende de zogenaamd Islamitische Staat ofwel I.S.I.S. ofwel Daesh recentelijk een schrikbewind uit in het noorden van Irak en het westen van Syrië. De terreur vormde een opvallend wreed en sadistisch hoofdstuk in de sowieso gewelddadige geschiedenis van deze regio. Het gebied heeft sinds de ondergang van het Ottomaanse Rijk rust noch duur gekend. Het zou voor de westerse media makkelijk zijn geweest de gebruikelijke oriëntalistische stereotypen van stal te halen, en dat gebeurde ook wel, maar dit keer was er ook iets anders. Er waren tevens berichten over de door ISIS georganiseerde plunderingen en verwoestingen van cultureel erfgoed. Toen ik Irak in oktober bezocht, waren die niet te missen.

Plundering

Eerst een kanttekening. Er zijn inderdaad plunderingen geweest en er zijn inderdaad antiquiteiten verkocht. Het was makkelijk. Er bestond immers al een door de autoriteiten gedoogd handelsnetwerk voor illegaal verworven oudheden. De westerse landen waren niet alleen grootafnemers, ze faciliteerden de zwarte handel ook met enerzijds een financiële structuur om belasting te ontwijken en geld wit te wassen en anderzijds academici die heling goedpraatten (meer).

Lees verder “De schade van I.S.I.S.”

Mar Behnam

Boekenverstopplek in Mar Behnam

De heilige Behnam lijkt een beetje op Sint-Joris. In elk geval iconografisch. De in Irak vereerde heilige is net als zijn Mediterrane collega een te paard gezeten drakendoder. De parallel gaat verder. Moslims vereren zowel Behnam als Joris als Khidr, de groene man. Joden vereren deze bemiddelaar tussen mensheid en God alsof het Elia is. Of Ezechiël, zoals in Khifl. Vermoedelijk is het de oude cultus van Ba’al die in de volkscultuur steeds andere vermommingen heeft aangetrokken.

Zo’n heilige met diverse identiteiten, dat staat haaks op het verlangen van islamisten dat mensen slechts één identiteit hebben, hun religieuze. (Het is een vorm van modernisme, waarin alles eenduidig te verdelen moet zijn en elke ambiguïteit ergernis oproept.) Begrijpelijk dus dat de zogenaamd Islamitische Staat zich tegen dit soort volksculten richtte en de drie monniken uit het klooster van Mar Benham gevangennam. Wat er met hen is gebeurd, weet ik niet. Wel weet ik dat twee monniken zijn teruggekeerd. Er zijn nog drie of vier christelijke families in de omgeving. Het met dynamiet vernietigde graf van Benham is gerestaureerd (alleen de koepel was kapot) en verder moet u maar even hier kijken.

Lees verder “Mar Behnam”

It Belongs in a Museum

Frankische schijffibula (Rheimisches Landesmuseum, Bonn)

Mooi hè, deze broche. Ik fotografeerde haar in het Rheinisches Landesmuseum in Bonn. Het voorwerp is gevonden bij Wezel, tegenover Xanten aan de Rijn, en komt uit een vrouwengraf uit de Merovingische tijd. Afgezien van deze gouden broche – de technische term is “schijffibula” – was er ook een ring, een goudstuk dat als hanger werd gebruikt, een koperen armband, een gordel en een doosje waarin een amulet had gezeten. Dat was er niet, dus niet alle voorwerpen zijn geborgen.

In elk geval: de overledene was een chique Frankische dame. Dat blijkt natuurlijk vooral uit de broche, die is gemaakt met een goudsmeedtechniek die bekendstaat als granaat-cloisonné. Als ik het goed begrijp werden daarbij draadjes over de schijf gelegd en vastgesoldeerd, waardoor kleine hokjes ontstonden, die vervolgens werden gevuld met stukjes glas, granaat en andere mineralen. Ik weet niet of ik het helemaal correct uitleg maar de reageerpanelen staan voor u open.

Lees verder “It Belongs in a Museum”

Vandalisme en plundering

De tetrapylon van Palmyra

Eigenlijk is het heel logisch dat als ik blog over Palmyra, zoals ik vanmorgen deed, ik reacties krijg over de plundering. Die heeft inderdaad nogal wat publiciteit gekregen en ik had moeten zien aankomen dat daarop zou worden gereageerd. Gek genoeg heb ik daar, toen ik vannacht mijn stukje typte, geen seconde aan gedacht. Mijn antwoord op een reactie op Faceboek groeide uit tot de lengte van een blogstukje en ik kan dat op deze plek weer uitbreiden met wat links. Een overzicht dus.

Syrië

De erfgoedschade in Syrië is vooral toegebracht door het regime. De zogenaamd Islamitische Staat heeft zich beperkt tot acties die eerder mediageniek waren dan schadelijk. Ik wil ze daarmee – dit schrijf ik met nadruk – niet bagatelliseren want de schade is reëel, maar het waren toch vooral de personeelsadvertenties van een terreurgroep en de westerse media hebben de taak van megafoon goed op zich genomen. Het beschadigen van oudheden was voor IS echter geen echt doel. Als dat zo zou zijn geweest, had het Resafa kunnen plunderen, maar het liet die stad ongemoeid.

Lees verder “Vandalisme en plundering”

De schade van zwarte handel

Plundering in Šahr-e Qumis
Plundering in Šahr-e Qumis, Iran (2005)

Het probleem met de clandestiene handel in oudheden is, eh, dat ze clandestien is. We kennen het begin en het einde, maar het tussenliggende deel is onbekend. Aan het begin zien we geplunderde archeologische sites en kennen we de schade die is aangericht in musea (de laatste jaren in Egypte, Irak, Libië en Syrië). Wat we eveneens kennen is het einde: als de illegaal opgegraven voorwerpen op de markt komen. Wat er gebeurt tussen plundering en markt, dat is dus een stuk minder bekend.

Niet dat deze tussenhandel volledig onzichtbaar is. Iedereen kan haar zien op bijvoorbeeld eBay. Omdat ik een grote website beheer over de Oudheid, Livius.org, krijg ik regelmatig oudheden aangeboden of vragen over voorwerpen die mensen “toevallig” op het erf hebben gevonden. Vóór de Arabische Lente kwamen de aanbiedingen vooral uit Turkije en Iran, daarna vooral uit Egypte en later keerde Turkije terug met voorwerpen waarvan ik denk dat ze komen uit Syrië of Irak. De politie vangt soortgelijke glimpen op, maar in feite weet niemand wat er tussen roof en markt gebeurt.

Lees verder “De schade van zwarte handel”

Arm Egypte

Het geplunderde museum in Malawi
Het geplunderde museum in Malawi

De in 2011 begonnen Arabische Lente had ook voor de oudheidkunde ingrijpende gevolgen. Niet alleen slechte. Tot de mooie dingen behoorde dat de demonstranten op het Tahrirplein een ordedienst instelden om het museum te bewaken. Cairo werd zo geen Bagdad, waar in 2003 het museum werd geplunderd en de buit werd verkocht op de zwarte markt.

Exit Hawass

Ik denk ook dat het een verbetering was dat Egyptes flamboyante minister van oudheidzaken, Zahi Hawass vertrok, vermoedelijk de enige oudheidkundige die zich in beroemdheid kan meten met Nobelprijswinnaars. Ik wil zijn verdiensten niet ontkennen: hij maakte duidelijk dat egyptologie een avontuur kan zijn en nam zo de piramidiotie de wind uit de zeilen. Pseudowetenschappelijke theorieën over mysterieuze piramidekrachten zijn nu uit de mode. Hawass had alleen een paar dingen niet begrepen. In de eerste plaats dat het avontuur van de oudheidkunde intellectueel is, en geen Indiana Jones. Misschien valt hem dit te vergeven, want oudheidkundigen leggen doorgaans alleen de feiten uit en niet hoe we aan die feiten komen – het wetenschappelijk proces dus.

Lees verder “Arm Egypte”

ISIS’ reality show

U hebt de beelden ongetwijfeld gezien: aanhangers van de zogenaamd Islamitische Staat vernietigden oudheden in het museum van Mosul. Ik ga er niet naar linken, om redenen die u zo zult horen. Dat hoeft ook niet: u bent mediavaardig genoeg om te weten dat de vraag niet is wát het nieuws is maar waaróm het nieuws is. Waarom kreeg u deze beelden te zien?

Het is namelijk, om te beginnen, bepaald geen nieuws dat religieuze fanatici de musea in het Midden-Oosten plunderen of kapot maken. Een maand geleden werd het museum van El Arish in Egypte onder handen genomen. Dat kreeg u niet te zien. De musea van Deir ez-Zor, Palmyra, Malawi en Bani Walid zijn eveneens geplunderd en ook dat was geen echt nieuws.

Lees verder “ISIS’ reality show”