VIIII Hispana: het legioen van Rosemary Sutcliff (1)

Grafsteen van Moranus, soldaat van VIIII Hispana (ingemetseld in de stadspoort van Motovun)

Kan een Romeins legioen negentien eeuwen na zijn verdwijning nog tot de verbeelding spreken? De enige Romeinse militaire eenheid die daar in slaagt, is het Negende Legioen Hispana. De reden is welbekend: het fenomenale kinderboek van Rosemary Sutcliff, De adelaar van het Negende. Ze vertelt het verhaal van de speurtocht naar het lot van het legioen, dat vanuit York noordwaarts de Schotse mist in was gemarcheerd en waarvan nadien niemand meer was vernomen. Ik ken niemand die het een slecht boek vond, het heeft eindeloos veel jonge mensen een fascinatie bijgebracht voor het oude Rome, het is verfilmd en het heeft een hardnekkig misverstand opgeleverd, want het legioen is niet in Schotland verdwenen. Daar heb ik het vaker over gehad en dat laat ik nu verder rusten.

Caesar

VIIII Hispana behoorde met de legioenen VII, VIII en X Equestris tot de oudste eenheden in het keizerlijke leger. Dit viertal was al bij Julius Caesar toen hij in 58 v.Chr. de Gallische Oorlog ontketende. Caesar noemt het Negende bijvoorbeeld in zijn verslag van de strijd aan de Sabis, de Selle in Noord-Frankrijk, waar hij de Nerviërs versloeg.

Tijdens de Tweede Burgeroorlog, waarin Caesar het opnam tegen de Senaat, vocht het Negende in Catalonië in de slag bij Ilerda. Later werden het overgeplaatst naar Placentia in Noord-Italië, waar het kort in opstand kwam. In het voorjaar van 48 diende het Negende in Dyrrhachion, waar het zwaar te verduren kreeg. Iets later, in de slag bij Farsalos waren de resterende manschappen met die van het Achtste samengevoegd tot één tactische eenheid. Na deze slag werden de overlevende soldaten teruggestuurd naar Italië om met pensioen te gaan, maar in 46 namen ze deel aan Caesars Afrikaanse Oorlog. Sommige veteranen vestigden zich in Picenum, anderen in Histria.

Augustus

Veel oudgedienden namen in 41 opnieuw dienst bij Caesars erfgenaam Octavianus, die hen nodig had om een ​​einde te maken aan de bezetting van Sicilië door Sextus Pompeius. Die kon immers de graanaanvoer van Rome in gevaar brengen. Toen Pompeius was verslagen, werd het Negende overgeplaatst naar de Balkan, waar het de bijnaam Macedonica kreeg. Misschien was het legioen al eerder heropgericht, want er is een inscriptie die verwijst naar een Negende Legioen Triumphalis, wat bewijst dat er een legioen met dat nummer was in de slag bij Filippoi in 42, maar dat kan hebben gediend in het leger van Octavianus’ collega Marcus Antonius.

Sprekend over Marcus Antonius: in 31 werd hij door Octavianus verslagen in de zeeslag bij Aktion. Ook het Negende was erbij. Voortaan was Octavianus de enige heerser in het Mediterrane rijk. Hij liet zich voortaan Augustus noemen en was, zoals bekend, de eerste keizer van Rome.

Nu de burgeroorlogen voorbij waren, stuurde hij het Negende naar Spanje, waar het vanaf 25 v.Chr. deelnam aan de campagnes tegen de Cantabriërs, Dit was een grote oorlog, die ook de inzet vergde van I Germanica, II Augusta, IIII Macedonica, V Alaudae, VI Victrix, X Gemina, XX Valeria Victrix en nog een negende eenheid, wellicht VIII Augusta. Het Negende Legioen lijkt zich in dit conflict te hebben onderscheiden en dankt daaraan de eretitel Hispana of Hispaniensis.

VIIII Hispana aan de Rijn of Donau

Het is mogelijk dat het legioen rond 20 v.Chr. naar de Rijn is overgeplaatst en het jaar daarop actief was tijdens de Germaanse Oorlog van Marcus Vipsanius Agrippa, maar dit is onzeker. Indien VIIII Hispana echter aan de Rijn gestationeerd is geweest, heeft het mogelijk ook een rol gespeeld tijdens de latere Germaanse campagnes van Drusus. Een inscriptie vermeldt een soldaat van VIIII Hispana in Pannonië tijdens het bewind van Augustus en het is denkbaar dat het in feite niet aan de Rijn was gestationeerd, maar aan de Donau. Dan is Sirmium  een mogelijke basis.

Alles wat resteert van Scipio’s monument in Lepcis Magna

In elk geval bevond VIIII Hispana zich in de verwarde maanden na de Romeinse nederlaag in het Teutoburgerwoud (September 9 na Chr.) in Pannonië. Het zou tot het jaar 43 zijn gestationeerd in Siscia (het huidige Sisak) aan de samenvloeiing van de rivieren Kupa en Sava. De enig campagne buiten deze regio is dat (een onderafdeling van) VIIII Hispana in 21-24 naar de Maghreb werd gestuurd om III Augusta te steunen in de strijd tegen de lokale leider Tacfarinas (21-24). Het legioen stond toen onder bevel van ene Publius Cornelius Scipio, die een monument ontving in Lepcis Magna.

Wordt vervolgd.

Deel dit:

3 gedachtes over “VIIII Hispana: het legioen van Rosemary Sutcliff (1)

  1. Zelden heeft een young adult boek zo’n impact gehad. Ik heb het dan niet over mijn leven, dat door dit boek een bepaalde richting in gegaan is, qua studie, en derhalve ook partnerkeuze en de daarop volgende familie. Waar ik het wel over heb is de schier onuitroeibare mythe die door menig Engelsman nog steeds wordt herhaald: een Romeins legioen verdween in de Schotse mist. Schotten vinden het trouwens ook een prachtverhaal. 😉

Reacties zijn gesloten.