De negatieve reputatie van de sofisten

Plato, de tegenstander van de sofisten (Capitolijnse Musea, Rome)

[In deze serie behandelt Kees Alders, webdesigner en auteur van het boek De wereld vóór God. Filosofie van de Oudheid de sofisten: de theoretici van de Griekse welsprekendheid en overredingskunst. Het eerste deel was hier.]

De sofisten waren vaak welgesteld en invloedrijk. Zij lieten zich voor hun onderricht betalen door politici. Succesvolle sofisten als Gorgias en Protagoras hadden relaties in de hoogste kringen.

Wiens brood men eet

Maar dat leverde hen ook politieke en filosofische tegenstanders op. Die verweten de sofisten werd dat zij niet zozeer op zoek waren naar waarheid en wijsheid, maar vooral naar geld.

Er valt wellicht wat te zeggen voor de stelling dat wie geld verdient met filosofie, moeilijk echt objectief kan blijven. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt, nietwaar? Zeker als je sofist bent. En omdat er toch brood op de plank moest komen, hebben de sofisten zich vaak schuldig gemaakt aan simpelweg recht praten wat krom is. In het huidige taalgebruik is de term sofisme dan ook een synoniem van drogreden: een redenering die logisch en rechtvaardig klinkt, maar die volgens de wetten van de logica toch echt niet geldig is en eigenlijk ook nog eens immoreel.

Lees verder “De negatieve reputatie van de sofisten”

Wie waren de sofisten?

Zomaar een Griekse filosofenkop (Louvre, Parijs)

[In deze serie behandelt Kees Alders, webdesigner en auteur van het boek De wereld vóór God. Filosofie van de Oudheid de sofisten: de theoretici van de Griekse welsprekendheid en overredingskunst.]

In Griekenland rond 450 voor onze jaartelling kwam het beroep van ‘wijze’ vrij vaak voor. De wijzen trokken rond en hingen de goeroe uit, de kost verdienend met het geven van advies en onderwijs. We zouden ze vandaag de dag misschien ‘consultants’ hebben genoemd.

En zoals we net hebben gezien, was in Athene vanwege de democratisering van de samenleving behoefte ontstaan aan onderwijs in argumenteren. Veel van de rondtrekkende wijzen trokken dan ook naar deze stad en verbleven er voor langere tijd of zelfs permanent als onderwijzers en adviseurs.

Lees verder “Wie waren de sofisten?”

Klassieke literatuur (8): welsprekendheid

Een Romeinse redenaar (Museum van Apollonia, Bulgarije)

[Bij mijn mail zat een tijdje geleden de vraag welke klassieke teksten en vertalingen ik mensen zou aanraden. In deze onregelmatig verschijnende reeks zal ik een persoonlijk antwoord geven, waarbij leesplezier voorop staat. Wie zich er echt in wil verdiepen, kan het beste aan een universiteit bij een cursus aanschuiven, zoals deze. Voor de Latijnse literatuur is er Piet Gerbrandy’s Het feest van Saturnus. Voor de Griekse en christelijke literatuur is zo’n boek er niet. Vandaag behandel ik de antieke literatuur over de welsprekendheid.]

Voor veel Grieks-Romeinse genres zijn parallellen te vinden in de oosterse literatuur, maar de welsprekendheid is een Griekse uitvinding. Er is weleens geopperd dat het democratische bestel in Syracuse en Athene de verklaring is voor het ontstaan van de retorica maar mij lijkt dat wat overdreven. Dat een man een rol behoorde te spelen in het openbare leven, is een in de oude wereld algemeen verbreid idee en ik zie geen reden waarom in niet-democratische gebieden niet eveneens kan zijn nagedacht over de wijze waarop je je zaken het effectiefst bepleitte.

Lees verder “Klassieke literatuur (8): welsprekendheid”

Wat is een Romein? (3)

Augustinus doceert welsprekendheid in Rome (de stad is zichtbaar door het raam rechts; fresco van Benozzo Gozzoli)

Ik heb gisteren en vanmorgen vroeg geblogd over de vraag wat een Romein nou eigenlijk is (1, 2). Ik wees erop dat een scherpe definitie niet te geven valt. Gelukkig is een definitie voor de dagelijkse conversatie ook niet werkelijk nodig. Ik denk dat in 999 van de 1000 gesprekken die wij voeren over de Romeinen, het niet gaat over de ongeletterde boeren en de doorgaans ook niet heel geletterde slaven. Evenmin gaat het over de periode vóór 200 v.Chr. Als in de hedendaagse media wordt gesproken over “de” Romeinen gaat het bijna altijd over mensen die konden lezen en schrijven of om mensen die (als bijvoorbeeld soldaat of ingenieur) de belangen dienden van deze geletterde elite. En het gaat bijna altijd over de Late Republiek en Keizertijd, met groeiende belangstelling voor de Late Oudheid.

We brengen de discussie verder door het te hebben over wat een geletterde Romein is: iemand die deel had aan het culturele programma dat aan de toenmalige scholen werd onderwezen. De veelal mondelinge communicatie van die tijd bracht met zich mee dat wie een rol wilde spelen in het openbare leven, overtuigend moest kunnen spreken. Daarop was het antieke schoolsysteem dan ook ingericht, maar het bood veel meer. Het onderricht bood een algemene culturele vorming die de leerling in staat zou stellen te handelen als waardevol lid van zijn gemeenschap, waarbij de leerling ook vernam welke auteurs hij gelezen behoorde te hebben, welke wetenschappelijke inzichten er waren en hoe hij zich netjes kleedde.

Lees verder “Wat is een Romein? (3)”

Spreken als Max Havelaar

Lysippos’ portret van Aristoteles (Louvre, Parijs)

Nee, het is geen toeval dat boven dit stukje, dat in de titel toch de naam van heeft van Multatuli’s alter ego, geen plaatje staat van de grote schrijver maar van een Macedonische filosoof. Aristoteles leefde in de vierde eeuw v.Chr. en was arts, politicoloog, logicus, toneelcriticus, bioloog, metafysicus, psycholoog en wijsgeer, en dan sla ik vermoedelijk nog een paar van zijn activiteiten over. Zijn oeuvre is, eerlijk gezegd, niet erg aantrekkelijk maar vrijwel elk traktaat heeft de wetenschap van zijn tijd verder gebracht. Dat het meeste inmiddels achterhaald is, is irrelevant: dit was een van de scherpzinnigste geesten aller tijden.

Enkele delen van zijn oeuvre zijn nog altijd de moeite van het lezen waard: zijn logische geschriften en wat hij schreef over de welsprekendheid. Deze twee delen, logica en retorica, vulden elkaar aan. Als filosoof wilde Aristoteles dat mensen elkaar overtuigden op basis van logische argumenten, maar hij was teveel een realist om erop te vertrouwen dat dit ook werkelijk gebeurde. Daarom onderzocht hij ook hoe mensen elkaar in de praktijk overreedden.

Lees verder “Spreken als Max Havelaar”