Het Koninkrijk Kommagene

Reconstructie van een reliëf van de Nemrud Dağı (Allard Pierson-museum, Amsterdam)

Onlangs bracht ik een flitsbezoek aan het Allard Pierson Museum in Amsterdam. Alhoewel ik het archeologiemuseum van de UvA vaker had bezocht, was ik de levensgrote leeuw glad vergeten. De eerste keer dat ik oog in oog stond met deze leeuw was in 2008 toen ik als kersverse oudhistorica een rondreis door Oost-Turkije maakte en Nemrud Dağı beklom waar – onder andere – deze leeuw huis houdt.

Werelderfgoed op grote hoogte

De 2.134 meter hoge berg Nemrud verrijst in een nationaal park in Adıyaman; een provincie in het zuidoosten van Turkije, niet al te ver van de grens met Syrië. De berg geldt als hoogste piek van het noordelijke Tweestromenland en maakt deel uit van het Taurusgebergte. Wat deze berg zo uniek maakt is de 60 meter hoge tumulus die er bovenop werd gebouwd in opdracht van Antiochos I Theos. Deze tumulus lag bovenop de heilige begraafplaats (hierothesion op z’n Grieks) van deze koning die in de eerste eeuw voor Christus de scepter zwaaide over het koninkrijk Kommagene.

Lees verder “Het Koninkrijk Kommagene”

De Eufraat

De Eufraat, gezien vanaf de Nemrud Daği

De Eufraat is de langste rivier van het Nabije Oosten: de stroom meet niet minder dan 2.760 kilometer, eens zoveel als de Rijn. De oude Sumeriërs spraken van Id-Ugina, “de blauwe rivier”, terwijl de Babyloniërs en Assyriërs het hadden over de Purattu. De twee bronnen van de Eufraat en de bovenlopen liggen in wat vroeger Armenië heette en tegenwoordig oostelijk Turkije. De droevige redenen voor de naamsverandering veronderstel ik bekend.

Deze twee rivieren, die nu Kara Su en Murat Su heten, komen samen in de buurt van het oude Melitene. Verder gevuld met de smeltende sneeuw van de Armeense bergen liep de Eufraat, in deze streken vol vervaarlijke rotsen, langs allerlei hoge bergen, zoals de Antitaurus en de Taurus. Een beroemde top is de Nemrud Daği, die uitziet over de Eufraat. Zie foto hierboven. De rivier vormde de natuurlijke grens tussen Armenië en Cappadocië.

Lees verder “De Eufraat”

Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije

Een van de mooiste gebouwen in Turkije: de Hagia Sofia in Trabzon

Wat valt er in Turkije zoal te zien? Ik behandelde vorige week de zuidwestkust, het noordwesten van het Aziatische deel van Turkije en het centrum. Vandaag gaan we naar het oosten. En dan moet meteen het hoge woord eruit: alles hier is omstreden. Niemand trekt in twijfel dat dit gebied eeuwenlang bewoond is geweest door Armeniërs, wier taal en religie sinds de Perzische tijd tot de twintigste eeuw gedocumenteerd zijn, en niemand ontkent dat de Armeense bevolking tijdens de Eerste Wereldoorlog beestachtig is afgeslacht. In Europa spreken we van de Armeense Genocide, een naam waartegen Turken bezwaar maken. Ik laat die kwestie rusten. Ik laat ook de relaties tussen de Koerden en de Turkse overheid onbesproken. U leest Volg de wolken van Marcel Kurpershoek maar, een boek dat alle stemmen aan het woord laat.

Middeleeuws erfgoed

Ik begin in Trabzon, het antieke Trapezous en het middeleeuwse Trebizonde. Niet veel oudheden hier, maar wel het op één na mooiste Byzantijnse kerkje dat ik ooit zag. (Morgen de mooiste kerk uit Turkije.) Achter Trabzon is in de bergen het Soumela-klooster, met prachtige wandschilderingen. Het achterland is heel aantrekkelijk, dus de lange rit naar Erzurum – prachtige Seljukische gebouwen – is bepaald geen straf. Nog verder ligt Kars en daar achter ligt, in het zwaar bewaakte grensgebied met Armenië, Ani.

Lees verder “Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije”

De slag bij Kounaxa (2)

Hoplietenveldslag op het Nereïdenmonument uit Xanthos (British Museum, Londen)

[Het is kerstmis en in het verleden gaf ik weleens een longread met krijgsgeschiedenis. Eerder bood ik u het Ardennenoffensief, de Tweede Punische Oorlog, de Trojaanse Oorlog. Vandaag gaan we met Xenofon richting Babylon. Hier is het tweede deel van een vijfdelig stuk. Het eerste deel was hier.]

Aan de overzijde van de Eufraat zagen Cyrus en zijn manschappen de sporen van enorme aantallen soldaten en dieren, die zich hadden teruggetrokken. De grote koning leek te vluchten naar de veiligheid van Babylon. Niemand in Cyrus’ legers hield nog rekening met een aanval, zodat men de volgende dag wat ongeordend verder trok. Dit was minder nonchalant dan het lijkt. Vanaf het moment dat de twee legers het kanaal waren overgestoken, marcheerden ze naar het zuidoosten, met de rivier rechts en het kanaal parallel daaraan links. Beide flanken waren gedekt. Pas na zo’n vijftien kilometer zou bij Sippar de vlakte zich verbreden.

Kounaxa

Dat men ook daar voorttrok alsof geen gevaar viel te duchten, was wellicht minder verstandig, maar zonder problemen naderden de legers het punt dat Cyrus die dag wilde bezetten. Vlak voordat Cyrus’ legers daar waren aangekomen, kwam het bericht dat de vijand in de buurt was. Men was nu op een plek die Kounaxa heette, vrijwel zeker het huidige Nusifiyat in Irak, niet ver ten zuiden van de luchthaven van Bagdad.

Lees verder “De slag bij Kounaxa (2)”

De slag bij Kounaxa (1)

De weg naar Kounaxa was langs de Eufraat

[Het is kerstmis en in het verleden gaf ik weleens een longread met krijgsgeschiedenis. Eerder bood ik u het Ardennenoffensief, de Tweede Punische Oorlog, de Trojaanse Oorlog. Vandaag gaan we met Xenofon richting Babylon, waar we nooit zullen aankomen.]

Het begin

Darius en Parysatis hadden twee zoons. De oudste heette Artaxerxes, de jongste Cyrus. Toen Darius ziek was en zijn einde voelde naderen wilde hij zijn beide zoons bij zich hebben. De oudste was al aanwezig, maar Cyrus moest hij uit het machtsgebied laten komen waarover hij hem had aangesteld. […] Cyrus reisde dus naar zijn vader. Hij liet zich vergezellen door Tissafernes, die hij als een vriend beschouwde, en door een escorte van driehonderd Griekse hoplieten onder bevel van Xenias uit Parrasia.

Toen Darius gestorven en Artaxerxes koning geworden was, probeerde Tissafernes Cyrus bij zijn broer verdacht te maken: hij zou een coup voorbereiden. Artaxerxes geloofde het en nam Cyrus gevangen met de bedoeling hem ter dood te brengen. Maar hun moeder kwam tussenbeide. Op haar aandringen werd hij vrijgelaten en kon hij weer terugkeren naar zijn machtsgebied.

Dat was een gevaarlijke en smadelijke ervaring geweest en na zijn terugkeer zon Cyrus op middelen om voortaan onafhankelijk van zijn broer te zijn en zo mogelijk koning te worden in zijn plaats.

Lees verder “De slag bij Kounaxa (1)”

Het oudst-bekende verhaal van de wereld (4)

[Voor de vaste bezoekers van deze blog: vandaag zijn jullie even niet aan de beurt, maar is de blog voor kinderen die het verhaal van Gilgameš nog nooit hebben gehoord. Daar moet verandering in komen. Het staat u natuurlijk vrij een achtjarige voor te lezen; zondag rond ik af. Het eerste deel was hier.]

Nadat ze de cederbomen hadden omgehakt en een vlot hadden gemaakt, voeren koning Gilgameš en zijn vriend Enkidu weer terug naar de stad Uruk. Enkidu stond aan het roer en Gilgameš stond vooraan, met het hoofd van Humbaba. Het was een enorme reis: als je de landkaart pakt, zie je dat ze begonnen in het land dat nu Libanon heet en dat ze toen eerst naar het noorden voeren, door Syrië, dat ze daarna het vlot en de bomen over het land moesten dragen door wat nu Turkije heet, dat ze toen de rivier de Eufraat bereikten en daarover verder gingen, opnieuw door Syrië en toen nog een stuk door Irak. De Eufraat stroomde langs Uruk, dus ze hoefden het vlot en de bomen niet nog een keer op hun schouders mee te dragen.

Toen ze in Uruk kwamen, was iedereen blij, vooral Ninsun, de buffelgodin die ook de moeder was van Gilgameš. Van het hout maakten ze mooie kamers in het paleis. Alle mensen keken naar Gilgameš en Enkidu en dachten: “Wat een stoere mannen zijn dat, dat ze zo ver hebben gereisd, een monster hebben verslagen en het beste hout van de wereld naar onze stad hebben gebracht.” En het waren niet alleen mensen die vol bewondering keken naar de twee vrienden.

Lees verder “Het oudst-bekende verhaal van de wereld (4)”

Het oudst-bekende verhaal van de wereld (3)

Een Libanese cederboom in de winter

[Voor de vaste bezoekers van deze blog: vandaag zijn jullie even niet aan de beurt, maar is de blog voor kinderen die het verhaal van Gilgameš nog nooit hebben gehoord. Daar moet verandering in komen. Het staat u natuurlijk vrij een achtjarige voor te lezen; zondag rond ik af. Het eerste deel was hier.]

Koning Gilgameš en Enkidu waren de beste vrienden. En zoals ze zeggen: ze haalden het beste uit elkaar naar boven. Het meisje dat Gilgameš naar Enkidu had gestuurd, had ervoor gezorgd dat hij geen beestmens meer was, maar iemand die met andere mensen kon wonen in de stad. En Enkidu zorgde ervoor dat Gilgameš niet meer iedereen aanviel, want als Gilgameš dat zou doen, dan zou Enkidu hem wel een paar stevige klappen geven, koning of niet.

Op een dag besloten de twee vrienden dat ze eens iets bijzonders moesten gaan doen, zodat iedereen zou weten wie ze waren. Al gauw hadden ze bedacht dat ze op reis zouden gaan naar het woud waar de cederbomen groeien. Net als de stad Uruk, waar Gilgameš koning was, bestaat het cederwoud echt. Het heet tegenwoordig Libanon. Hierboven zie je een foto van zo’n ceder. Het hout van die bomen ruikt veel lekkerder en is veel sterker dan dat van gewone bomen. Als je vroeger een mooi paleis wilde bouwen, gebruikte je cederhout omdat je daarmee veel grotere kamers kon maken.

Lees verder “Het oudst-bekende verhaal van de wereld (3)”