In het vorige stukje in deze reeks over het handboek van De Blois en Van der Spek vatte ik beknopt het standaardbeeld van de Grote Volksverhuizingen samen. Ook legde ik uit dat de groep die de auteurs aanduiden als de Visigoten, feitelijk een Romeins leger was onder leiding van Alarik.
Alarik
Alarik had Gotisch bloed en stond aan het hoofd van een leger dat bestond uit diverse groepen: Greutungi, Tervingi, Hunnen, maar ook Thracische boeren, soldaten van het Romeinse leger van de Beneden-Donau. Theodosius had Alarik in dienst genomen en hij streed voor deze keizer tijdens de slag aan de Frigidus (394). Toen zijn broodheer begin 395 overleed, stonden diens twee opvolgers (Arcadius in het oosten en Honorius in het westen) zwak, en Alarik gebruikte zijn troepen om het opperbevelhebberschap in het westen op te eisen. De plundering van Rome in 410 was het ultieme pressiemiddel, maar Honorius gaf geen krimp en daarmee was Alariks carrière uitgelopen op een mislukking.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.