De barre tocht van Orpheus

Batman ruziet weleens met Superman. Arsène Lupin was Sherlock Holmes te slim af. Godzilla streed tegen King Kong. Het is leuk als verhalen die traditioneel gescheiden zijn, contact maken. Dat was in de Oudheid niet anders. Het verhaal van Jason en de Argonauten ontleent een deel van zijn charme aan het gegeven dat allerlei helden ook uit andere verhalen bekend zijn: zo is Herakles een van de opvarenden van ’s werelds eerste schip, samen met zijn geliefde Hylas, zijn vriend Admetos en stalhouder Augeias. Verder de goddelijke tweelingen Kastor en Polydeukes, enkele vaders van helden uit de Trojaanse Oorlog, en ook de zanger Orfeus. Het is een antieke League of Extraordinary Gentlemen.

De oudste bron is een hellenistisch gedicht van Apollonios van Rhodos (in het Nederlands vertaald door Wolther Kassies), die vanzelfsprekend oudere stof bewerkt en daarbij Homeros volgt, maar die ook een nieuw type held neerzet. Zijn Jason is geen rauwdouwer zoals we kennen uit de Ilias. Apollonios’ helden zijn weleens onzeker en bang. Moreel gaat het van kwaad tot erger: ze doden weleens de verkeerde, ze geven zich over aan piraterij, ze stelen het Gulden Vlies, ze doden onschuldige mensen. De stof is verder behandeld door de Romeinse dichter Valerius Flaccus, in twee mythologische uittrekselboeken en in een laatantieke tekst die Piet Gerbrandy onlangs in het Nederlands heeft vertaald als De barre tocht van Orpheus.

Lees verder “De barre tocht van Orpheus”

Karkinos

Grieks theatermasker (Archeologisch museum van Selçuk)

Onze kennis over de Griekse toneelschrijver Karkinos komt voornamelijk uit twee bronnen. En dan nog is het niet veel. De eerste bron is de Suda, een kolossale Byzantijnse encyclopedie uit de tiende eeuw na Chr. (Suda is Byzantijns Grieks voor ‘magazijn’, een opslagplaats voor wetenswaardigheden dus.) ‘Karkinos’ is in de Suda een van de 30.000 trefwoorden.

We lezen daar, dat hij ‘op z’n akmê was tijdens de honderdste Olympiade’. Dat is een typische manier van Griekse historiografen om iemand te dateren: ‘akme’ betekent ‘toppunt’, ‘rijpheid’ en verwijst naar een leeftijd van ca. veertig jaar, als iemand geacht werd op het hoogtepunt van zijn creatieve vermogens te zijn. Karkinos’ akmê viel dus in de honderdste Olympiade, d.w.z. in het honderdste viertal jaren na de allereerste Olympische Spelen. Volgens de legende vonden die plaats in 776 v.Chr., en dat betekent dus dat Karkinos volgens de Suda ongeveer veertig geweest moet zijn in de periode 380-376/375 v.Chr. Verder memoreert de Suda dat Karkinos weliswaar 160 toneelstukken op zijn naam had staan, maar dat hij er slechts met één daarvan ooit een prijs won. Dat is aanzienlijk sneuer dan misschien lijkt, want Griekse toneelstukken werden altijd voor een wedstrijd geschreven en slechts in competitieverband opgevoerd.

Lees verder “Karkinos”

WvdK | Euripides over een Grieks huwelijk

Medea doodt haar kinderen (Antikensammlung, München)

In mijn reeks vertaalde bronnen, hier gepresenteerd in het kader van de Week van de Klassieken, vandaag een stukje dat ik, anders dan de eerdere stukjes, niet aan de datum kan ophangen. Het is meer algemeen geldig: een beschrijving van een Grieks huwelijk. Het fragment komt uit de tragedie Medeia van Euripides, een van de allerklassiekste teksten van een van de allerklassiekste auteurs. Ik durf de plot daarom wel bekend te veronderstellen: Medeia is naar Griekenland gekomen om te trouwen, maar door haar echtgenoot verstoten. De enige manier waarop ze nog wraak kan nemen is het doden van haar eigen kinderen. Voordat ze die wanhoopsdaad ten uitvoer brengt, maakt ze duidelijk wat het huwelijksleven voor haar inhield.

Of het representatief is, weet ik niet. Ik zou denken dat veel huwelijken weliswaar waren gearrangeerd, maar dat ze daarom niet per se ongelukkig waren. Dat vermoeden baseer ik echter op niet meer dan enerzijds de twee gearrangeerde huwelijken die ik ken (maar je kunt de eenentwintigste eeuw niet vergelijken met de Oudheid) en anderzijds de aanname dat mensen niet met elkaar kunnen samenleven als er niet minimaal enige sympathie is. Dat laatste is natuurlijk een ongeldige redenering: je zegt in feite “het is niet zo want ik geloof het niet”. Daarmee kun je rector magnificus worden aan de universiteit van Groningen maar dat maakt het nog niet tot een geldige redenering.

Lees verder “WvdK | Euripides over een Grieks huwelijk”

Zelfcensuur

Medea (Antikensammlung, München)

Kijk, dat is nu vleiend. Mijn nichtje van tien stelt belang in de dingen die ik schrijf. Ze houdt van lezen, vindt geschiedenis leuk, was ooit van plan zelf een boek te schrijven, en ik geloof dat haar broertje een soortgelijk plan inmiddels ten uitvoer aan het brengen is. Allemaal prachtig, en als ze nu mijn kleine blog wil lezen, dan vind ik dat ontzettend vererend.

Helaas schrijf ik niet voor kinderen, en betrap ik mezelf nu op zelfcensuur. Dat had ik niet zien aankomen.

Lees verder “Zelfcensuur”