Het Mausoleum van Halikarnassos

Reconstructie van het Mausoleum van Halikarnassos (Bodrum)

Voor ik mijn blogje van vandaag begin: mijn driemaandelijkse oproep om een  petitie te tekenen voor een bedreigde academische instelling of een oudheidkundig museum is vandaag daar. Het gaat dit keer om museum Het Pakhuis in Ermelo, met een mooie archeologische collectie. Eerst even tekenen, daarna verder lezen. Dank u wel.

***

Ik ken maar weinig gebouwtypen die zijn vernoemd naar een persoon. Eigenlijk maar één: het mausoleum is vernoemd naar Maussolos. Hij was van 377 tot 353 v.Chr. satraap van Karië, het zuidwesten van het huidige Turkije. Zijn hoofdstad was Halikarnassos, de moderne badplaats Bodrum, dat hij grondig vernieuwde. In de toenmalige wereld was het gebruikelijk dat stadstichters een graf op de markt kregen – en dit gebeurde dus ook met Maussolos. Het door zijn echtgenote en opvolger Artemisia gebouwde Maussolosgraf ofwel Mausoleum in Halikarnassos zou worden gerekend tot de Zeven Wereldwonderen.

Lees verder “Het Mausoleum van Halikarnassos”

Misverstand: Hangende tuinen

Wat dit beeld van Jacquel Brel in Brussel te maken heeft met de hangende tuinen van Babylon, ontdekt u aan het einde van dit blogje.

Misverstand: In Babylon waren Hangende Tuinen

Terwijl in Italië en Griekenland de eerste steden ontstonden, werden de oeroude steden van het Nabije Oosten verenigd in één wereldrijk, dat aanvankelijk werd bestuurd door de Assyriërs uit het noorden van Irak, en na 612 door de Babyloniërs, die leefden aan de benedenloop van de Eufraat en de Tigris. Hun hoofdstad Babylon gold als de culturele hoofdstad van het oude Nabije Oosten. Sommige monumenten zijn beroemd geworden, zoals de stadspoort die tegenwoordig staat in het Vorderasiatisches Museum in Berlijn of de negentig meter hoge tempeltoren die was gewijd aan de oppergod Marduk: de “Toren van Babel”. Niet minder fameus zijn de Hangende Tuinen die koning Nebukadnezar II (r. 605-562) zou hebben laten bouwen voor zijn koningin, een jonge vrouw uit het huidige Iran die terugverlangde naar de bergen van haar vaderland.

Deze tuinen worden genoemd door verschillende Griekse auteurs: de geograaf Strabon, de historicus Flavius Josephus, de redenaar Filon van Byzantion en Kleitarchos, die een biografie schreef van Alexander de Grote. Dat boek is verloren gegaan maar wordt geciteerd door de Siciliaanse historicus Diodoros en diens Romeinse collega Curtius Rufus. Bronnen genoeg dus. Het beeld dat we krijgen is dat van een tuinencomplex van anderhalve hectare groot, even hoog als de stadsmuren en rustend op zware fundamenten van natuursteen.

Lees verder “Misverstand: Hangende tuinen”