Henoch in het Nieuwe Testament

De hemelvaart van Henoch met het offer van Abel (Cappella Palatina, Palermo)

Ik heb in het verleden enkele keren geblogd over het niet-Bijbelboek 1 Henoch. Simpel samengevat: het gaat om vijf tussen pakweg 250 v.Chr. en 50 na Chr. opgetekende teksten, waarin een profeet Henoch vertelt over onder meer de val van de engelen en de Zondvloed. De samenstellers bedoelden hun teksten als waarschuwing voor de naderende wereldondergang. Er waren meer teksten in dit genre, die terecht zijn gekomen in 2 Henoch en 3 Henoch. Dat materiaal is meer mystiek van inslag.

Eerbiedwaardige verhalen

De henochitische literatuur biedt verhalen die de auteurs van de later canoniek geworden Bijbelteksten veronderstellen. 1 Henoch toont bijvoorbeeld dat het christelijke idee dat de messias (die Israël als politieke macht herstelt) dezelfde is als de Mensenzoon (die het Laatste Oordeel velt), ook kan hebben bestaan in een joods milieu. 3 Henoch bevat het idee dat een mysticus kan opstijgen tot de status van Kleine Jahweh. Een fijne inleiding is dit boekje, waarover ik hier schreef.

Lees verder “Henoch in het Nieuwe Testament”

Joodse literatuur (5): wat te lezen?

Byzantijns kistje met bijbelse scènes

Ik heb u in vier blogjes, te beginnen hier, een chronologisch overzicht van de joodse literatuur geboden. Ik vermoed dat de meeste lezers van deze blog daaraan genoeg hebben, maar wie weet is er iemand die nu besluit zich er eens in te verdiepen.

Dat kan. Sterker, deze reeks was bedoeld als handreiking aan mensen die meenden dat ze toch die Bijbel eens moesten lezen. Ik weet dat er veel mensen zijn die vinden dat ze toch eigenlijk eens zouden moeten doen. Het is immers belangrijk erfgoed. En die mensen beginnen dan voorin de Bijbel, bij Genesis, en haken allemaal af halverwege Exodus, want die wet- en regelgeving is nu eenmaal onverdraaglijk saai. Dat is jammer, voor de lezer én voor de joodse literatuur, die allebei beter verdienen. Een betere aanpak is

Lees verder “Joodse literatuur (5): wat te lezen?”

Joodse literatuur (3): hellenisme

Blad uit het Leidse Makkabeeënhandschrift

Dit is het derde deel van een chronologisch overzicht van de joodse literatuur, waarvan het eerste deel hier was. Een beredeneerd overzicht vindt u daar. Ik eindigde het tweede deel met de komst van Alexander de Grote. In de hierop volgende hellenistische periode ondervond het jodendom Griekse invloeden, waar het zich ook tegen afzette.

Vanaf deze periode is de joodse religieuze literatuur niet dezelfde als die van wat tegenwoordig geldt als de Bijbel. De diverse stromingen in het toenmalige jodendom erkenden verschillende teksten als geïnspireerd. Pas in de tweede eeuw na Chr. begon de huidige canon van de joodse Bijbel te domineren.

Lees verder “Joodse literatuur (3): hellenisme”

De vier beesten van Daniël

Gevleugelde leeuw uit Nimrud (British Museum, Londen)

Een tijdje geleden beloofde ik een stukje over de wijze waarop de mensen in de Oudheid omgingen met voorspellingen. Als je de antieke teksten leest, komen die namelijk altijd uit. Eén verklaring is dat ze multi-interpretabel waren. Spreuken werden mondeling overgeleverd en er waren allerlei varianten in omloop. Thoukydides vertelt bijvoorbeeld over de tyfusepidemie die in 430 v.Chr. Athene trof:

In deze ellende was het begrijpelijk, dat de Atheners zich de volgende versregel herinnerden, volgens de ouderen een vroegere voorspelling:

“Eens komt een Dorische oorlog en de pest vergezelt hem.”

De mensen werden het er niet over eens of in deze oude versregel gesproken was van loimos (pest) of van limos (honger), maar natuurlijk behaalde in de gegeven omstandigheden het woord loimos de overwinning; want de mensen pasten hun herinnering aan aan het leed dat hen trof. Maar – zo komt het mij voor – als ooit een andere Dorische oorlog mocht uitbreken en gepaard gaat met honger, dan zullen zij vermoedelijk de andere lezing verkondigen. (vert. M.A. Schwartz)

Lees verder “De vier beesten van Daniël”

Het graf van Daniël (bis/ter)

Graf van Daniël, Kirkuk

Het regende pijpenstelen en ik zat gefrustreerd te staren naar een tekst die niet zo snel vorderde als ik wilde, toen ik een appje kreeg van Marjon Verburg, die momenteel op reis is in Irak. Ik ben dus gewoon stervensjaloers, want Irak is (met Algerije en Afghanistan) een van de landen waar ik nog altijd heen wil. Of beter, waar ik professioneel gewoon hoor te zijn geweest.

Meer in het bijzonder kwam het appje uit Kirkuk en bovenstaande foto toont u het graf van de profeet Daniël. Of beter, een van zijn graven. Ik blogde al eens over ’s mans graf in Susa en zijn graf in Samarkand. Er zijn nog meer graven, zoals in Tarsus in Turkije en in Sidi Denaine in Marokko. De vernietiging van een graf van Daniël in Mosul door de zogenaamd Islamitische Staat werd enkele jaren geleden in één adem gerapporteerd met de destructie van het graf van Jona.

Lees verder “Het graf van Daniël (bis/ter)”

Geschiedenis van Perzië (3)

Nabonidus op een reliëf uit Harran, nu in het British Museum

Ik was begonnen met een reeks over de geschiedenis van Perzië en was al ingegaan op een van onze kroongetuigen, Herodotos van Halikarnassos, op de Assyrische grondslagen van het Aziatische wereldrijk en op de inname van Babylon door Cyrus de Grote. Ik verwees daarin naar het Bijbelboek Daniël en hoewel niemand me er een vraag over heeft gesteld, wil ik toch even een mogelijke tegenwerping behandelen: de auteur van Daniël heeft het namelijk niet over de Perzische koning Cyrus maar over Darius de Mediër (Daniël 6.1).

Die kennen we verder niet. Geen enkele andere tekst uit de Oudheid noemt een Darius de Mediër, hoewel we toch duizenden en duizenden kleitabletten hebben uit deze periode. Het probleem is niet de etnische aanduiding. Perzen en Meden golden vaak als uitwisselbaar (zo duiden de Grieken het conflict dat wij “de Perzische Oorlogen” noemen, aan als “de Medische Oorlogen”). De voornaam is echter wel wat problematisch. Het is niet die van de man die in 539 v.Chr. Babylon veroverde, maar van de feitelijke organisator van het Perzische Rijk, Darius I de Grote (r.522-486 v.Chr.).

Lees verder “Geschiedenis van Perzië (3)”

Geschiedenis van Perzië (2)

Rembrandts weergave van het “teken aan de wand”. De vrouw links van de koning heeft de trekken van Rembrandts echtgenote Saskia.

Het punt kan niet vaak genoeg worden gemaakt en dus maak ik het gewoon nog maar eens een keer: we hebben over de oude wereld te weinig informatie. Daaruit volgt dat we over sommige gebeurtenissen eigenlijk te weinig weten. Hoe het Perzische Rijk is ontstaan bijvoorbeeld. Het staat vast dat toen koning Cyrus de Grote in oktober 539 v.Chr. de stad Babylon innam, hij in één moeite door het hele Babylonisch Rijk kon overnemen en dus beschikte over een goedgeorganiseerde staat, maar hoe hij dit kon doen is niet goed bekend. Halfnomadische stammen uit de bergen nemen niet zomaar een wereldrijk over.

Lange tijd zou het verhaal uit Herodotos, over wie ik onlangs schreef, zijn gebruikt om dit allemaal te verklaren. Het komt erop neer dat in Iran de Meden (in West-Iran) aan de macht waren en dat de Perzen (Zuid-Iran) hun vazallen waren. Op een gegeven moment besluit de Pers Cyrus in opstand te komen – het romantische sprookje dat moet verklaren waarom, zal ik later vandaag behandelen – en hij onderwerpt zijn voormalige overheerser. Vervolgens onderwerpt hij de Lydiërs in het westen van Turkije en daarna valt hij Babylonië aan. Ook oostelijk Iran wordt onderworpen en Cyrus komt om als hij probeert Centraal-Azië te onderwerpen.

Lees verder “Geschiedenis van Perzië (2)”

Het graf van Daniël

Het graf van Daniël in Susa
Het graf van Daniël in Susa

In Susa, in het zuidwesten van Iran, is een mooi mausoleum voor de profeet Daniël. Inderdaad, die van de leeuwenkuil en de voorspellingen aan de Babylonische koning Nebukadnezar. Dat de bewoners van Susa geloven dat Daniël begraven zou liggen in Susa, is op het eerste gezicht wat merkwaardig, omdat de joodse profeet toch vooral met Babylon wordt geassocieerd. Waarom denken mensen dat hij desondanks ligt in Susa?

Het heeft te maken met de Arabische veroveringen en het ontstaan van de islam. De Arabieren hadden de stad ingenomen en waren al aan het plunderen, toen bij de rivier een mummie werd ontdekt. De veroveraars wilden die kapotmaken, toen iemand hun voorhield dat ze het lichaam wilden vernietigen van de profeet Daniël. Dit weerhield de moslims, en zo bleef de mummie bewaard. Het is echter wat curieus, want Daniël wordt nergens in de Koran genoemd. De gebeurtenis illustreert hoezeer de vroege islam openstond voor allerlei ideeën uit de monotheïstische religies. De islamitische leer was nog niet uitgekristalliseerd.

Lees verder “Het graf van Daniël”

Joodse literatuur (4)

Pompeius (Louvre, Parijs)

[Dit is het vierde van vijf stukjes over de bronnen van mijn komende boek Israël verdeeld; het eerste is hier.]

In de tussentijd had Alexander de Grote een einde gemaakt aan het Perzische Rijk en was Judea, na een eeuw Ptolemaïsche heerschappij, in handen gekomen van de Seleukiden. Een deel van de Joden zag in de Griekse beschaving een verrijking, zocht naar aansluiting en benutte een Griekse Bijbelvertaling, de Septuagint. Daarnaast ontstonden filosofisch-getinte teksten als de Wijsheid van Jezus Sirach, geschiedwerken, toneelstukken, gebeden, hymnen, biografieën, briefliteratuur en roman. Ook Joodse groeperingen die de Griekse beschaving later zouden afwijzen, hebben er elementen aan ontleend: zelfs de sektariërs wier opvattingen zijn gedocumenteerd in de Dode Zee-rollen, aanvaardden dat de mens een ziel zou hebben.

Lees verder “Joodse literatuur (4)”