Het Byzantijnse Rijk (1): Ontstaan

Het wapen van het Byzantijnse Rijk: de adelaar (Gouden Poort, Istanbul)

Ik heb nog nooit systematisch geblogd over het Byzantijnse Rijk. O zeker, het machtigste keizerrijk uit de Middeleeuwen is op deze plaats zo nu en dan aan de orde geweest. Er is zelfs een reeks krabbels geweest. Maar een systematisch overzicht ontbreekt en daar moet rap verandering in komen. Vind ik dan.

Byzantion

Om te beginnen: Byzantion was een kleine maar belangrijke stad aan de Bosporus, de zeestraat die de Egeïsche Zee via de Zee van Marmara verbindt met de Zwarte Zee en die Europa scheidt van Azië. Een kleine anderhalve eeuw, van 479 tot 334 v.Chr., markeerde de stad de grens tussen de Griekse en de Perzische wereld. Later was het de verbinding tussen Macedonië en het Seleukidische Rijk. In de Romeinse wereld, waarin het belang van de handel geleidelijk toenam, nam ook het belang van Byzantion toe.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (1): Ontstaan”

Nog eenmaal werelderfgoed: Istanbul

Aquaduct van Valens, Istanbul

Nadat ik in mijn reeks over het antiek erfgoed van Turkije het westen, het centrum en het oosten heb behandeld, resteert Istanbul. Het oude Constantinopel, zoals Istanbul tot 1925 heette, is als geheel werelderfgoed. Mijn vriendin E. (10) vond het de mooiste stad van de wereld en zij kan het weten, want ze is al in Amsterdam geweest. E. was bovendien erg te spreken over de wijze waarop de bewoners omgaan met hun katten. Daarover is de documentaire Kedi (2016) de moeite van het bekijken waard, al was het maar om de observatie dat katten hebben onthouden dat mensen door God zijn geschapen als hulpmiddelen bij de zoektocht naar voedsel.

Byzantion, zoals de plaats eigenlijk heette, ligt aan de Bosporus, en was al eeuwen oud toen Constantijn de Grote de stad als residentie nam en er een paleis bouwde. Ik zou graag zeggen dat er resten zijn uit de daaraan voorafgaande tijd, maar alleen de Zuil van de Gothen zou ouder kunnen zijn. En mogelijk dateert ook die uit de tijd van Constantijn.

Lees verder “Nog eenmaal werelderfgoed: Istanbul”

De slangenzuil van Delfi

De sokkel van de slangenzuil in Delfi

Eind september 480 v.Chr. versloegen de Griekse schepen de Perzische in de zeeslag bij Salamis. Hiermee lijken de Perzen, die probeerden de Griekse stadstaten te onderwerpen, hun overmacht ter zee te hebben verloren, al moet hierbij meteen worden aangetekend dat onze belangrijkste bron, Herodotos, eveneens vertelt dat het Fenicische eskader wegvoer. We weten niet waarom dit gebeurde, maar het kan weleens belangrijker zijn geweest dan de roemruchte zeeslag.

In elk geval werd het voor de Perzen moeilijk hun landleger voldoende te steunen. In de zomer van 479 slaagden de Grieken er in een zenuwenoorlog in Boiotië in ook de Perzische cavalerie en infanterie terug te drijven. Na deze slag bij Plataia vielen de Grieken nog allerlei Perzische posities aan, culminerend in de val van Eïon, mogelijk het belangrijkste Perzische fort in Europa. De Grieken vierden hun overwinning met een monument in Delfi.

Lees verder “De slangenzuil van Delfi”

De sarcofaag van Tabnit

Sarcofaag van Tabnit (Archeologische musea, Istanbul)

De negentiende eeuw zag het ontstaan van de wetenschappelijke archeologie. Was het opgraven van oude voorwerpen altijd een speurtocht naar kunst geweest, nu groeide het besef dat het bodemarchief meer bood dan alleen mooie voorwerpen. In Italië valt te wijzen op de opgravers van Herculaneum, waar kunsthistorische rovers het al in de achttiende eeuw aflegden tegen mensen met een algemenere ontwikkeling. Voor zover ik weet waren zij de eersten die de Griekse term die ze in hun Latijnse correspondentie gebruikten voor hun werkzaamheden, ook gebruikten in de volkstaal: ze waren archeologen, “oudheid-kundigen”, en bestudeerden de archeotetes, “oudheden” omwille van de logos, de wetenschap. In Nederland was de Valtherbrug bij mijn weten de eerste opgraving met een wetenschappelijke inslag.

Ottomaanse archeologie

Ook in het Ottomaanse Rijk ontstond wetenschappelijke belangstelling voor het materiële aspect van de antieke cultuur. Je denkt “ze imiteerden westerse ideeën” en je hebt gelijk, maar het is complexer dan dat. Het boek Scramble for the Past toont dat de diverse volken in het rijk van de Sultan – de Grieken, de Arabieren, de Armeniërs, de Joden – al eerder belangstelling ontwikkelden voor hun verledens. Maar het was niet alleen daar dat de nieuwe wetenschappelijke inzichten konden rekenen op warme belangstelling. De centrale overheid was eveneens geïnteresseerd. De grootste speler was Osman Hamdi. Zijn buste verwelkomt nog altijd de bezoekers in de musea die hij in Istanbul stichtte.

Lees verder “De sarcofaag van Tabnit”

Byzantijnse krabbel (1): Constantijns stad

De zuil van Constantijn, centrum van Constantinopel, centrum van het Byzantijnse Rijk

In 324 versloeg Constantijn zijn medekeizer en zwager Licinius, met wie hij aanvankelijke bevriend was geweest maar van wie hij in de loop der jaren vervreemd was geraakt. Constantijn verwierf nu het bevolkingsrijke Klein-Azië, het oeroude en welvarende cultuurgebied Syrië alsmede Egypte, de spreekwoordelijke graanschuur van de antieke wereld. De organisatie van de nieuwe provincies vergde ’s keizers persoonlijke aandacht en dus verplaatste hij zijn residentie naar het oosten.

Dat was niet ongebruikelijk. Zijn vader Constantius had eerst zijn residentie gehad in Aquileia, later in Trier en zijn laatste regeringsjaren verbleef hij vaak in Londen, hoewel hij overleed in York. Zijn collega Galerius hield hof in achtereenvolgens Antiochië, Sirmium en Thessaloniki en stierf in Sofia. Het idee dat er één hoofdstad was, was de Romeinen vreemd: de regering zetelde waar de keizer was en die was eigenlijk voortdurend op reis. Dat neemt niet weg dat er steden waren waar zo’n vorst graag terugkeerde en waar mensen heen kwamen die hem moesten spreken. Daar verrezen dan een werkpaleis, een woonpaleis, een ontvangstzaal (basilica in jargon), een badhuis en een hippodroom. Zo ook in de stad die Constantijn, na te hebben geresideerd in Trier, Milaan en Thessaloniki, in de zomer van 324 uitzocht: Byzantium.

Lees verder “Byzantijnse krabbel (1): Constantijns stad”

Symboolpolitiek

De Hagia Sofia in Istanbul

Buren weten doorgaans veel van elkaar. Bijvoorbeeld hoe ze elkaar het bloed onder de nagels vandaan kunnen halen. Dat bewees de Turkse vicepremier Bülent Arınç vorige week weer eens, door openlijk te verklaren dat de Hagia Sofia wat hem betreft snel weer gebruikt moest kunnen worden als moskee. Hij moet hebben geweten dat hij daarmee een groot aantal Grieken op de kast zou jagen – en zulks geschiedde. Het gebouw ligt namelijk niet alleen de bewoners van Istanbul na aan het hart, maar ook de leden van de Grieks-orthodoxe kerk.

Het historisch bewustzijn zit diep in die contreien en wie wil begrijpen hoe gevoelig deze kwestie ligt, zal moeten teruggaan naar het Byzantijnse Rijk: een Griekssprekend, christelijk keizerrijk met als hoofdstad Constantinopel, het huidige Istanbul. In 537 voltooide keizer Justinianus de kerk van de goddelijke wijsheid, de Hagia Sofia, als een soort bekroning van een schier eindeloze reeks successen: vrede met de Perzen, een rechtscodificatie, de annexatie van het graanrijke Tunesië en Sicilië, de verovering van Rome en de sluiting van de laatste heidense cultusplaatsen in Athene en Egypte. De Hagia Sofia was een triomfmonument.

Lees verder “Symboolpolitiek”

Hittitisch vredesverdrag

Hittitisch-Egyptisch verdraag (Archeologisch museum van Istanbul)
Hittitisch-Egyptisch verdraag (Archeologisch museum van Istanbul)

Het kleitablet hierboven is een van de allerberoemdste teksten uit de Oudheid. Mocht u het willen zien: het is in het onvolprezen archeologische museum van Istanbul. En mocht u willen weten wat het is: het is de tekst van een staatsverdrag tussen de Egyptische farao Ramses II en de Hittitische koning Hattusili III, gesloten in 1259 v.Chr..

Egypte tegen de Hittiten

Ramses was in 1279 aan de macht gekomen en erfde een imperium dat wel eens betere tijden had gekend. De Egyptische garnizoenen in Kanaän (zeg maar Israël, Libanon en delen van Syrië), dat in de vijftiende eeuw was veroverd door Toetmoses III,  waren voor een deel ontruimd, maar de nieuwe koning slaagde erin althans de kuststeden weer onder Egyptisch gezag te brengen. In 1274 besloot hij een eind landinwaarts te trekken.

Lees verder “Hittitisch vredesverdrag”

Your Captain Speaking

Het interieur is wat uit de mode, maar het vliegtuig van de Iraanse prinses Ashraf was comfortabeler dan een modern passagiersvliegtuig.

Ik zit – en helaas niet voor mijn plezier – bovengemiddeld vaak ik een vliegtuig. Afgezien van de enorme snelheid waarmee je je verplaatst, is er weinig leuks aan en één van mijn grootste ergernissen is de eindeloze hoeveelheid geklets. Ik heb laatst, op een nachtvlucht van Beiroet naar Istanbul, genoteerd waarmee je zoal wordt lastiggevallen.

Lees verder “Your Captain Speaking”

Thuiskomst

De thuiskomst van Odysseus (Antikensammlung, Munchen)

En toen was ik weer thuis uit Istanbul. Een heerlijke laatste dag, die ik in alle rust kon doorbrengen terwijl ik aan een lezing schreef, gevolgd door een makkelijk verlopen vlucht. En dan ineens ben je uitgeput, hoewel ik (voor mijn doen) in Turkije uitstekend heb kunnen slapen.

Allemaal psychologisch. Je hebt veel dingen gezien die je nooit eerder zag: een bombardement aan indrukken. De taal waarin je woont is ineens niet vanzelfsprekend. En de mensen met wie je samen de indrukken verwerkt, zijn niet degenen met wie je er in Nederland over zou spreken.

Lees verder “Thuiskomst”

Domweg gelukkig

Domweg gelukkig: ik zit in de lobby van een museum in Istanbul, met een grote kop Turkse koffie, ik heb alle rust en ik geniet van de klassieke muziek die hier over de luidsprekers klinkt. Turken lijken iets te hebben met Beethoven – je hoort het hier althans vaak. En ook al is het nóg zo verarbeidsvitaminiseerd, De Negende is gewoon móói.

Mijn geluk wordt nog vervolmaakt doordat ik een lezing mag schrijven over het relatieve belang van de Griekse-Romeinse en de Arabische beschavingen voor de totstandkoming van de westerse cultuur. Een relevant onderwerp, en ik mag er zaterdag over spreken voor een gezelschap dat theoretische vragen ook aankan. Ik hoef me dus niet te beperken tot oppervlakkige opsommingen van ontleningen.

Lees verder “Domweg gelukkig”