Diffusie en acculturatie

Een voorbeeld van diffusie: keizer Galerius met een Germaanse mantelspeld (Archeologisch museum, Thessaloniki)

Grosso modo zijn alle mensen hetzelfde. Dezelfde zintuigen, dezelfde hersenen, ruim een half dozijn identieke basisemoties. We kunnen de evident bestaande culturele verschillen dus nauwelijks verklaren vanuit onze biologie. Maar hoe dan wel?

De verklaring van verschil

Het oudste antwoord: degeneratie. De mensheid had zich over de aarde verspreid vanuit de Hof van Eden en de mensen waren gaandeweg minder oud, minder slim en minder vaardig geworden. Daarom gebruikten de mensen die het verst van Eden woonden, in Tasmanië of op Vuurland bijvoorbeeld, stenen instrumenten. Ze waren de metaalbewerking verleerd.

Het op een na oudste antwoord: evolutie. De mensheid was begonnen als aaseter en had zich via de stadia van wildheid en barbarij opgewerkt tot beschaving. Als mensen verschillend leefden, kwam het doordat ze zich bevonden op verschillende evolutionaire niveaus. Ik blogde al eens over auteurs als De Condorcet, die hardop dachten over de verdere verbetering van de samenleving. Vanzelfsprekend was dit vroege evolutionisme een eurocentrische benadering, maar in de achttiende eeuw, toen Europeanen driekwart van de planeet beheersten, was het wel een béétje begrijpelijk dat men zichzelf beschouwde als eerste op de weg richting heilstaat. Uiteraard bleven er ook biologische (lees: racistische) verklaringen, maar grosso modo bleef het evolutionisme gedurende de negentiende eeuw het dominante denkmodel.

Lees verder “Diffusie en acculturatie”

Migratie in de Arabische wereld

Rotstekeningen als deze, met een ruiter met een kudde, documenteren Arabisch nomadisme en migratie (Wadi Rum).

Het verhaal van de Arabische migraties is steeds hetzelfde: een groep nomaden trekt van het zuiden van het Arabische Schiereiland langs de Wierookroute naar het noordwesten en vestigt zich in de Levant. Wellicht kent u de Midjanieten die (volgens het Bijbelboek Richteren) de tegenstanders waren van Gideon. Die verjoeg ze. Latere migraties waren succesvoller. De Nabateeërs vestigden zich rond Petra en verdreven de Edomieten naar de randen van de Negevwoestijn. De Itureeërs vonden nieuwe woonplaatsen in de Bekaavallei. In de Late Oudheid kwam uit Jemen een stam aan die zich in Syrië bekeerde tot het christendom en nog steeds bestaat in de vorm van de Libanese maronieten.

Migratie volgde op migratie. Een beetje voorspelbaar. Ook de verhalen zijn vaak hetzelfde. Steeds is er een natuurramp in Jemen waardoor steeds mensen op drift raken. Die verlaten dan steeds het Arabische Schiereiland op zoek naar een beter woongebied. Het is een standaardverhaal, een sjabloon. Wat de vraag oproept wat er feitelijk waar is.

Lees verder “Migratie in de Arabische wereld”

Geospatiale analyse en migratie

Een gekooide en een vrije patrijs (Folklore-museum, Amman)

In een eerder stukje heb ik verteld over lucht- en satellietfotografie, in een tweede stukje heb ik beschreven hoe LIDAR daaraan een derde dimensie toevoegde. Vandaag wil ik het combineren met de DNA-revolutie.

De naam “DNA-revolutie” is eigenlijk verkeerd. De voornaamste consequentie van het inzicht dat mensen in het verleden enorm beweeglijk zijn geweest, is dat er aanpassingen moeten komen aan de hermeneutiek, dat wil zeggen de uitleg van antieke cultuuruitingen. Waar mensen reizen, reizen hun ideeën immers mee, en die mobiliteit van ideeën dwingt oudheidkundigen tot nieuwe interpretatiewijzen. Een onderzoeker zou een Latijnse tekst van een auteur uit de stad Rome traditioneel het liefst hebben geïnterpreteerd door te kijken naar taaluitingen uit Centraal-Italië en, als het zo niet wilde, uit de West-Romeinse wereld. Het was immers niet bijster aannemelijk dat er veel verhelderende parallellen te vinden zouden zijn in bijvoorbeeld de Aramese literatuur, die vér weg was geschreven en in een andere taal. Nu ideeën zo mobiel blijken, is het criterium van geografische en talige afstand (de hermeneutische horizon) komen vervallen.

Lees verder “Geospatiale analyse en migratie”

De Amorieten

De Amoritische stadspoort van Ebla

“Aan het begin van het tweede millennium”, zo schrijven Luuk de Blois en Bert van der Spek in hun handboek Een kennismaking met de oude wereld, “kwamen in Mesopotamië twee staten tot ontwikkeling die de volgende vijftienhonderd jaar een hoofdrol zouden blijven spelen, namelijk Assyrië en Babylonië.” Over deze staatsvorming (of beter: staats-her-vorming, want er waren al staten) zeggen ze ook dat de Amorieten een rol speelden, een volk van herders dat al eerder vanuit het westen was gekomen.

Nomadische volken komen en gaan in de geschiedenis. Zo’n stamsamenleving clustert rond een leider, blijft bij elkaar, verplaatst zich, valt weer uit elkaar, herclustert. Soms kan de naam eeuwenlang bestaan terwijl de samenstelling van de groep volledig is veranderd. Dat lijkt hier ook het geval te zijn geweest. Voor de klerken van Sumer, Akkad en de Syrische stad Ebla waren de Amorieten oude bekenden; in Mesopotamië was hun naam vrijwel synoniem voor westerling.

Lees verder “De Amorieten”

MoM | Antieke migraties en migranten (2)

Het negentiende-eeuwse beeld van de deelnemers aan de Grote Volksverhuizingen (Heldenplatz, Wenen)

[Voor het eerste deel van deze reeks over antieke migratie: hier.]

De migratie van namen

Je kunt niet zeggen dat de verplaatsing van een naam met bijbehorende Traditionskern voldoende bewijs is voor migratie. Het probleem is dat die namen óf niet bijster consistent zijn óf niets zeggen. De naam “Vandalen” betekent zoiets als “zwervers” (vgl. to wander) en deze groep staat eveneens bekend als Lugii, Asdingen, Hasdingen en Silingen. Het is wat moeilijk op deze wijze een scherp beeld te krijgen.

Of neem de Goten. Hun naam migreerde van de Oostzee naar het zuidoosten en dat past bij het archeologisch bewijs. Er zijn namelijk nauwe banden tussen enerzijds de Wielbark-cultuur aan de Weichsel in de eerste twee eeuwen van onze jaartelling en anderzijds de derde/vierde-eeuwse Tsjernjachovcultuur in Oekraïne en de Santana de Mureş-cultuur in Roemenië. Een denkbaar scenario is dat de Goten naar het zuidoosten trokken, dat ze na enkele plundertochten in de derde eeuw werden verslagen, en toen door keizer Aurelianus de Romeinse provincie Dacië kregen toegewezen. Eén groep vestigde zich daar en stond sindsdien bekend als Tervingi (“bosmensen”). De elite liet zich de Vesi noemen, “de edelen” of “de wijzen”. De andere groep bleef achter in Oekraïne en noemde zich “steppemensen” ofwel Greutungi, maar ook Ostrogoti, “de schitterende Goten”. (De “Oost-Goten” en de “West-Goten” die u kent uit Asterix zeggen meer over Fransen die zóveel houden van Duitsland dat ze willen dat er wel twee van zijn.)

Lees verder “MoM | Antieke migraties en migranten (2)”

MoM | Antieke migraties en migranten (1)

Een laatantieke ruiter keert terug (Nagyszentmiklós-schat, Kunsthistorisches Museum, Wenen)

Migratie, dat mensen met een bepaalde identiteit elders gaan wonen bij mensen met een andere identiteit, is momenteel een belangrijk oudheidkundig thema. Eerlijk is eerlijk: dat is soms gemakzuchtig inhaken op de actualiteit. Migratie heeft immers problematische kanten die momenteel de aandacht trekken en er zijn oudheidkundigen die het belang van hun vak denken te kunnen tonen door erop te wijzen dat je ook in de Oudheid migratie had. Dan toon je je eigen irrelevantie want je loopt aan achter wat anderen belangrijk vinden in plaats van je eigen kwaliteiten te tonen. Het is zoiets als tijdens een pandemie beweren dat je ook in de Oudheid epidemieën had. Gelukkig is er ook een minder zelfdestructieve reden om je met migratie bezig te houden: de DNA-revolutie.

Door het onderzoek naar antiek DNA en het isotopenonderzoek wordt duidelijk dat de mensen vroeger buitengewoon mobiel waren, minimaal in sommige regio’s en tijdperken, wat betekent dat ideeën veel breder konden circuleren dan wel aangenomen is geweest. Wie een Latijnse tekst interpreteert, kan niet langer om Aramese parallellen heen, om het samen te vatten. Ons vak staat op de grondvesten te trillen en om die reden was “Van heinde en verre” in 2019 het thema van de Week van de Klassieken.

Maar migratie was al eerder een thema: in de negentiende eeuw. Omdat de toenmalige noties nog steeds circuleren, vandaag twee “Methode op Maandag”-stukjes over die materie.

Lees verder “MoM | Antieke migraties en migranten (1)”

De bevolking van Rome

Het grafveld langs de Via Severiana tussen Portus en Ostia, een van de onderzochte begraafplaatsen

Er staat momenteel een leuk stuk van Hendrik Spiering in het NRC Handelsblad over de herkomst van de bevolking van de stad Rome in de keizertijd. Het onderzoek, gepubliceerd in Science, bestond uit de analyse van het DNA van 127 mensen vanaf de laatste IJstijd tot op heden. Het gaat om resten die zijn gevonden op negenentwintig begraafplaatsen rond de stad.

Het blijkt daarbij dat in de eeuwen vóór onze jaartelling acht van de elf onderzochte paleogenomen (zeg maar antieke DNA-profielen) een Europese signatuur hadden, dus de gebruikelijke erfenis van de eerste landbouwers en Bronstijd-steppebewoners (die we gewoonlijk identificeren met de eerste sprekers van het Indo-Europees). Is in deze vroege tijd dus ruim driekwart van de mensen afkomstig uit de wijde omgeving, in de keizertijd is dat veel minder. Begrijp ik het stuk in het Handelsblad goed – het artikel in Science zit achter een academische betaalmuur – dan zijn er van de achtenveertig onderzochte paleogenomen uit de keizertijd slechts twee lokaal en hebben tweeëndertig mensen voorouders uit het oosten. Wat overigens niet uitsluit dat ze zélf in Latium geboren kunnen zijn, zoals blijkt uit isotooponderzoek.

Lees verder “De bevolking van Rome”

MoM | Hyperdiffusie

Fenicische munt met de afbeelding van een schip en een zeewezen

Ik heb al een paar keer beschreven dat de negentiende-eeuwse oudheidkundigen erin slaagden empirisch bewijs te vinden voor het Verlichtingsidee dat de menselijke geschiedenis bestond uit vooruitgang. Van de Steentijd waren we geëvolueerd naar de Bronstijd en de IJzertijd, wereldrijken waren gekomen en zo voort en zo verder tot aan de Industriële Revoluties in Groot-Britannië en vervolgens, toen de negentiende eeuw ten einde liep, in de Verenigde Staten en in Duitsland.

Je kunt de vraag stellen wat de motor achter de vooruitgang was: spanning tussen individuen (zoals de liberalen meenden) of frictie tussen de diverse klassen (zoals de socialisten dachten) of samenwerking tussen alle lagen van de bevolking, zoals christendemocraten en de anarchist Kropotkin meenden. Wat het antwoord op die vraag ook zij, de groeiende materiële welvaart opende de mogelijkheid tot het maken van ethische keuzes die voordien niet had bestaan, zodat men ook sprak van een toenemend zedelijk peil. Dit alles stond niet ter discussie. Wat wel ter discussie stond was hoe, als de menselijke geschiedenis werd gedomineerd door vooruitgang, de mensheid zulke grote culturele verschillen vertoonde. Verliep de evolutie dan niet gelijkmatig? Waarom dan?

Lees verder “MoM | Hyperdiffusie”

MoM | Mooie migranten: verhalen

Brandaan en de vis-die-op-een-eiland-lijkt

Het thema van de Week van de Klassieken is migratie en dat betekent dat we het ook eens moeten hebben over oraliteit ofwel mondelinge literatuur. Of beter: mondeling doorgegeven informatie. Ik heb het er weleens eerder over gehad: het verhaal dat Ovidius vertelt over Philemon en Baucis correspondeert prachtig met een van de bijbelse verhalen over Abraham en Sara. In allebei de tradities onthalen twee oude mensen enkele incognito op aarde rondreizende hemelingen en wordt een stad verwoest. Ovidius kan het verhaal niet hebben gelezen in de Bijbel, maar wat verklaart de overeenkomst dan?

En om het nog complexer te maken: er zijn tientallen, honderden volksvertellingen die frappante overeenkomsten hebben. De vis die zó groot is dat zeelieden denken dat het een eiland is en die onderduikt als Sinbad de Zeeman er een fikkie stookt, komt weer boven water in de legende van Sint-Brandaan. Zie plaatje hierboven. Het mandje waarin Mozes de Nijl afdreef, vervoerde Sargon van Akkad door het Tweestromenland, nam Romulus en Remus mee naar Rome en spoelde uiteindelijk aan bij de Kinderdijk. Het verhaal over de dood van de grote god Pan wordt eveneens verteld over de Kabouterberg bij Hoogeloon, waar koning Kyrie dood is. De lijst is eindeloos.

Lees verder “MoM | Mooie migranten: verhalen”