In de reeks over het handboek van De Blois en Van der Spek, Een kennismaking met de oude wereld, wil ik het vandaag eens hebben over de Zeevolken. Maar eerst iets over wat een handboek eigenlijk is: het bevat de basiskennis die een student beheersen moet voordat hij of zij zich kan verdiepen in de eigenlijke discussies. De stof wordt in het handboekcollege een beetje geproblematiseerd, en wordt daarna werkelijk bekeken door middel van literatuurlijsten en vooral werkcolleges. Zo was het althans in mijn tijd; of het nog steeds zo is, weet ik niet. In elk geval: de Zeevolken zijn typisch een thema waarover een student in een handboek leest, dat een docent bij het handboekcollege problematiseert en dat zich leent voor een werkcollege om te tonen hoe complex het is.
De Blois en Van der Spek wijzen op een reeks verschijnselen op de overgang van de Bronstijd naar de IJzertijd. Er was een “concert van mogendheden”: Egypte, Assyrië, Babylonië en de Hittiten. Het laatste rijk viel rond 1200 v.Chr. uiteen en daaruit kwamen de Neo-Hittitische staten voort. Rond het Egeïsche-Zee-gebied kwam een einde aan de Mykeense paleisburchten. Steden als Ugarit werden verwoest en verlaten.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.