De Tigris

Amida en de Tigris

Ons woord Tigris komt van een oud, Perzisch woord Tigrā, dat we zouden kunnen vertalen als “pijlsnel”. De Sumeriërs noemden de rivier Id-igna, en in het Akkadisch, de taal van Babylonië en Assyrië, luidde de naam Idiqlat. De Sumerische naam betekent zoiets als “snel stromend”, wat het verschil aangeeft met de langzamere Eufraat.

De Tigris is ongeveer 1850 kilometer lang en ontspringt in het oostelijke Taurusgebergte, of in Armenië, zoals het destijds heette. In zuidoostelijke richting stromend bereikt de rivier Amida, het huidige Diyarbakır, waar de koninklijke weg van Assyrië naar Anatolië de rivier kruist. Er is nog altijd een opvallende brug. Oostwaarts en weer zuidoostwaarts stromend, passeert de Tigris de Assyrische hoofdsteden Nineveh, Nimrud en Aššur. Even verderop ligt Samarra, met zijn beroemde spiraalminaret. Ondertussen neemt de rivier de Batman, de Grote Zab, de Kleine Zab en de Diyala in zich op. Xenofon kwam er langs. Lees verder “De Tigris”

Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije

Een van de mooiste gebouwen in Turkije: de Hagia Sofia in Trabzon

Wat valt er in Turkije zoal te zien? Ik behandelde vorige week de zuidwestkust, het noordwesten van het Aziatische deel van Turkije en het centrum. Vandaag gaan we naar het oosten. En dan moet meteen het hoge woord eruit: alles hier is omstreden. Niemand trekt in twijfel dat dit gebied eeuwenlang bewoond is geweest door Armeniërs, wier taal en religie sinds de Perzische tijd tot de twintigste eeuw gedocumenteerd zijn, en niemand ontkent dat de Armeense bevolking tijdens de Eerste Wereldoorlog beestachtig is afgeslacht. In Europa spreken we van de Armeense Genocide, een naam waartegen Turken bezwaar maken. Ik laat die kwestie rusten. Ik laat ook de relaties tussen de Koerden en de Turkse overheid onbesproken. U leest Volg de wolken van Marcel Kurpershoek maar, een boek dat alle stemmen aan het woord laat.

Middeleeuws erfgoed

Ik begin in Trabzon, het antieke Trapezous en het middeleeuwse Trebizonde. Niet veel oudheden hier, maar wel het op één na mooiste Byzantijnse kerkje dat ik ooit zag. (Morgen de mooiste kerk uit Turkije.) Achter Trabzon is in de bergen het Soumela-klooster, met prachtige wandschilderingen. Het achterland is heel aantrekkelijk, dus de lange rit naar Erzurum – prachtige Seljukische gebouwen – is bepaald geen straf. Nog verder ligt Kars en daar achter ligt, in het zwaar bewaakte grensgebied met Armenië, Ani.

Lees verder “Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije”

Xenofon in Assyrië

De Tigris

De Griekse huurlingen die met de Perzische prins Cyrus waren opgetrokken tegen koning Artaxerxes, zo schreef ik op Tweede Kerstdag, zouden in de eerste dagen van 400 v.Chr. langs de Tigris terug marcheren. Dat was niet makkelijk. De troepen van de Perzische generaal Tissafernes achtervolgden en bestookten hen. Tijdens deze expeditie groeide de Athener Xenofon, die verslag deed van de tocht, uit tot een van de commandanten.

Hun route door Assyrië is goed te volgen en daardoor weten we dat Xenofon opvallend terughoudend is met de beschrijving van de moeilijkheden die zijn mannen ondervonden. Zo doet hij de oversteek van de rivier de Grote Zab, waarvan hij heeft aangegeven dat die 400 voet breed was (120 meter), af met de woorden dat ze de rivier Zapatos overstaken. Het moet echter een enorme onderneming zijn geweest. Niet veel later was er een Perzische aanval en Xenofon erkent eerlijk dat hij als commandant fouten maakte.

Lees verder “Xenofon in Assyrië”

Het einde van Klearchos

Marcherende hoplieten (Louvre, Parijs)

[Het is kerstmis en in het verleden gaf ik weleens een longread met krijgsgeschiedenis. Eerder bood ik u het Ardennenoffensief, de Tweede Punische Oorlog, de Trojaanse Oorlog. Vandaag gaan we met Xenofon richting Babylon. Hier is het slot van een vijfdelig stuk. Het eerste deel was hier.]

De legers passeerden Kainai, het huidige Tikrit, en bereikten de rivier de Kleine Zab (die Xenofon overigens niet noemt). Hier stuurde Klearchos een gezant naar Tissafernes met het verzoek het gerezen wantrouwen te bespreken, waarop deze de Griek meteen uitnodigde. Xenofon geeft op dit punt de twee toespraken weer waarmee de twee commandanten elkaar zouden hebben willen overtuigen van hun goede bedoelingen.

Klearchos zou na afloop overtuigd zijn geweest van de oprechtheid van de Pers en meende dat deze teveel lasterpraatjes had gehoord. Hij stemde erin toe dat de leugenaars zouden worden gearresteerd. Voor hem had dit als bijkomend voordeel dat tegenover de andere Grieken duidelijk zou zijn dat alleen hij de leider was, en hij moet hebben gedacht dat ook de Pers het zo wilde, want de Perzen prefereerden vanouds eenhoofdig gezag bij de partijen waarmee ze onderhandelden.

Lees verder “Het einde van Klearchos”

De slag bij Kounaxa (4)

Xenofon, die de slag bij Kounaxa beschreef (Museum van Afrodisias)

[Het is kerstmis en in het verleden gaf ik weleens een longread met krijgsgeschiedenis. Eerder bood ik u het Ardennenoffensief, de Tweede Punische Oorlog, de Trojaanse Oorlog. Vandaag gaan we met Xenofon richting Babylon. Hier is het vierde deel van een vijfdelig stuk. Het eerste deel was hier.]

In de Perzische visie op oorlog was een veldslag voorbij als een van de partijen haar doel had bereikt. Nu Cyrus dood was, was de heerschappij van Artaxerxes onbetwist en dus was de oorlog afgelopen. De Grieken zagen dat anders. Voor hen betekende een overwinning dat de vijand was verslagen, wat bijvoorbeeld bleek als deze zich terugtrok. Meestal werden na afloop onderhandelingen gevoerd, waarin de verslagenen toestemming vroegen hun doden te bergen; de overwinnaars richtten dan een zegeteken op. Doordat Grieken en Perzen militaire zeges anders definieerden, kon het gebeuren dat ze de volgende dag allebei oordeelden te hebben gewonnen.

Onderhandelingen

Klearchos meende aanvankelijk dat het aan hem was een nieuwe koning te benoemen en bood de Perzische generaal van Cyrus’ Lydische leger het purper aan, maar die sloeg het af. Ongeveer op hetzelfde moment arriveerden gezanten van de koning, die de Grieken uitnodigden naar Artaxerxes te komen. Nu hadden de Grieken, anders dan bijvoorbeeld de nomaden van het huidige Oezbekistan, niet het privilege wapens te dragen in de nabijheid van de grote koning, dus ze kregen het verzoek in vreedzamer kleding op audiëntie te komen. Dat kwam de gezanten te staan op de repliek dat het niet de gewoonte was dat overwinnaars hun wapens afstonden. Omdat daarmee de onderhandelingen in een impasse raakten, vertrokken de gezanten met de mededeling dat als de huurlingen de plaats verlieten waar ze waren, Artaxerxes dit zou opvatten als een daad van oorlog.

Lees verder “De slag bij Kounaxa (4)”

Charax, een stad van Alexander de Grote

Charax

In het voorjaar van 324 v.Chr, stichtte Alexander de Grote een nieuwe stad op een kunstmatige heuvel tussen de monding van de rivier de Tigris in het westen en de gezamenlijke loop van de Eulaeus en de Pasitigris in het oosten. Dit Alexandrië in Susiana was geen totaal nieuwe stad. Er was al een Achaimenidische nederzetting met de naam Durine. De Macedonische kolonisten waren veteranen die een speciale wijk kregen in de vernieuwde stad, die ze Pella noemden, naar de hoofdstad van hun vaderland.

Seleukidische tijd

De stad stond al spoedig bekend als Charax (van het Aramese Karkâ, “kasteel”) en bloeide in de Seleukidische tijd. De belangrijke haven aan de kop van de Perzische Golf beheerste de handel over de Indische Oceaan beheerste. De bewoners doken ook naar parels.

Lees verder “Charax, een stad van Alexander de Grote”

De Armeense genocide: Diyarbakır

Diyarbakır en de Tigris, waar tijdens de Armeense genocide mensen werden verdronken.

[Vierde deel van een serie van zes; het eerste is hier.]

Een voorbeeld van de in het vorige stukje genoemde vier stappen is de provincie Diyarbakır. Volgens de officiële Ottomaanse census was 40%-50% van de bevolking Armeens. De al genoemde gouverneur Mehmet Reshid, een moslimvluchteling uit de Russische Kaukasus, was bang voor een vijand in eigen gelederen, die steun kon bieden aan de Russen en de Britten. In zijn kort voor zijn zelfmoord geschreven memoires sprak de gewezen legerarts over “een gezwel, een tumor, dat moest worden uitgesneden om verdere verspreiding te voorkomen”.

Stap één. Reshid stelde Armeense arbeidsbataljons in die rond Diyarbakır in het veld moesten werken. Veel dienstplichtigen kwamen om door de zomerhitte en allerlei ziektes. Er zouden twaalfhonderd doden zijn geteld langs de wegen, terwijl nog eens zeshonderd mannen in een ravijn zouden zijn doodgeknuppeld. Toen aan premier Talaat Pasha werd gemeld dat sommigen zich verzetten, drong deze aan op snelle liquidatie van de andere dienstplichtigen.

Lees verder “De Armeense genocide: Diyarbakır”