De Rijn

De Rijn bij Koblenz

Er is wat te doen geweest om de lengte van de Rijn, de antieke Rhenus. Iedereen schreef van elkaar over dat de stroom ruim 1330 kilometer lang was. Feitelijk meet de rivier 1233 kilometer. Althans tegenwoordig. Vroeger was de rivier iets langer, want door kanalen zijn er bekortingen geweest. Maar geen 100 kilometer.

De twee bronnen liggen in de Zwitserse Alpen. De daar ontspringende riviertjes komen samen in de omgeving van Chur, het oude Curia. Vanaf hier stroomt de rivier naar het Bodenmeer: 150 kilometer noordelijker en twee kilometer lager. Bij dit meer, ooit bekend als Lacus Brigantinus, buigt de rivier westwaarts en dondert vervolgens naar beneden over de enorme waterval bij Schaffhausen. Nog even verderop, bij Windisch (Vindonissa), mondt de Aare uit in de Rijn en vanaf daar is de stroom voor schepen bevaarbaar.

Lees verder “De Rijn”

Cuijk: de weg is weg (2)

Het zoekgebied rond Cuijk

[Ten oosten van Cuijk moet in de Romeinse tijd een weg hebben gelegen die de brug over de Maas verbond met de forten aan de Rijngrens. Alleen: er is niets van die weg teruggevonden, en dat terwijl de omstandigheden voor het archeologisch onderzoek ideaal waren. Mijn goede vriend Richard Kroes, die ooit betrokken was bij het archeologisch onderzoek te plekke, licht toe. Het eerste deel was hier.]

Een brug zijnde een brug viel aan te nemen dat de weg die aan de kant van Cuijk aansloot op de brug, aan de andere kant verder zou gaan. Meer specifiek: naar de grensroute tussen het Romeinse fort Xanten naar Nijmegen. Je zou een weg hebben verwacht die vanaf de oostelijke Maasoever naar een van deze steden liep. Of twee wegen, in allebei de richtingen. Of naar een van de forten tussen Xanten en Nijmegen, zoals Altkalkar of Qualburg.

Lees verder “Cuijk: de weg is weg (2)”

Op reis (schaamteloze reclame)

Fresco uit Trier (Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum)

Stel, u houdt van reizen en u wil op uw reizen oudheden zien. Zoiets komt in de beste families voor. Ik kan over uw reislust (en budget) geen uitspraken doen maar durf aan het feit dat u op dit moment deze niche-blog aan het lezen bent wel de conclusie te verbinden dat u op reis ook weleens gaat kijken naar een ruïne of in een oudheidkundig museum. Welnu, ik heb twee reizen te noemen die uw belangstelling zouden kunnen hebben. Ik zeg er meteen bij dat ik degene ben die de deelnemers soms attendeert op het interessante tempeltje links, op een aspect van het landschap voor ons en het aardige beeldje in de vitrine rechts.

Eén, Historizon organiseert in juli een reis langs de Neder-Germaanse limes. Ik heb eerder met deze club samengewerkt en dat was altijd opvallend prettig, menselijk. Daarom heb ik ook zin in een reis langs Xanten, Bonn en Trier. Zeg maar het reisje langs de Rijn, Moezel en Ardennen waar onze ouders van droomden, maar dan met een Romeins karakter. We bezoeken op de terugweg de expositie “Oog in oog met de Romeinen” in Tongeren, en zullen twee nachten doorbrengen in Mainz. Die stad is leuk om te beobachten, kan ik u verzekeren; ik heb er echt een zwak voor.

Lees verder “Op reis (schaamteloze reclame)”

Het Nibelungenlied aan de IJssel

De IJssel bij Werth

Ik blog nog even over de IJssel, al is het dit keer de Oude IJssel. Dat is het deel van de rivier dat begint in Duitsland en langs Doetinchem stroomt naar Doesburg. Daar verenigt ze zich met de Gelderse IJssel, die begint in Arnhem en een zijtak is van de Rijn. Vanaf Doesburg stromen de twee rivieren gezamenlijk noordwaarts, langs Zutphen, richting IJsselmeer. De Gelderse IJssel is een kanaal, gegraven in de Vroege Middeleeuwen; Wageningse onderzoekers hebben in 2008 de ooit gangbare theorie weerlegd dat deze waterloop een van de door de Romeinen gegraven Drususgrachten zou zijn.

De Oude IJssel dus. Het gebied waar eeuwenlang ijzererts is gewonnen. De molen hierboven staat in Werth, net over de grens tussen Nederland en Duitsland, en het water is dus de bovenloop van de IJssel. We zijn hier in het gebied waar ooit de Chamaven woonden, wier naam voortleeft in het middeleeuwse graafschap Hamaland. Ook Nebisgast, een van de weinige Germaanse leiders die we bij naam kennen, kwam hier vandaan.

Lees verder “Het Nibelungenlied aan de IJssel”

Ad quintum ferme lapidem

Tijdens de Bataafse Opstand waren er gevechten bij ongeveer de vijfde mijlpaal

Tijdens de Bataafse Opstand (69-70 n.Chr.) belegerden de Bataven, aangevoerd door Julius Civilis, de Romeinse legerbasis bij Xanten. In december wisten de Romeinen de belegeraars te verdrijven en het garnizoen te versterken, maar het bevrijdingsleger moest ijlings naar Mainz terugkeren toen die stad werd aangevallen. Daarop sloegen de Bataven opnieuw het beleg op voor Xanten. Na een lange blokkade capituleerde het garnizoen. De Romeinse historicus Tacitus schrijft daarover:

Lees verder “Ad quintum ferme lapidem”

MoM | Eclecticisme

Xanten, gereconstrueerde herberg

Afgelopen vrijdag was ik in Xanten, waar enkele gebouwen uit de Romeinse stad Colonia Ulpia Traiana zijn nagebouwd. De reconstructies in het archeologische park zijn doorgaans heel goed doordacht. Wat de Duitse oudheidkundigen niet weten, zullen ze u niet tonen en om die reden is bijvoorbeeld het amfitheater nogal kaal. Uit andere steden weten we dat zo’n executieschouwburg was voorzien van allerlei standbeelden maar omdat de sokkels in Xanten (nog) niet zijn opgegraven, zult u die daar dus niet zien.

Bij de bovenstaande herberg lijkt men iets minder terughoudend geweest. We hebben – althans voor zover ik het kan overzien – in feite geen idee van de kleuren die de antieke stad aan de Rijn kan hebben gehad. Dat er is gekozen voor een witgekalkte muur waarvan de onderkant is geverfd met rode menie, is vermoedelijk gebaseerd op informatie uit Pompeii. Misschien vergis ik me, maar het gaat me in het stukje van vandaag minder om de precieze conclusies dan om de methode waarmee die worden bereikt. De oudheidkundige beschikt in dit geval over twee soorten data: enerzijds datgene wat archeologen op een bepaalde plaats uit de grond halen en anderzijds datgene wat hij, om zo te zeggen, importeert uit andere opgravingen.

Lees verder “MoM | Eclecticisme”

Het jaar 117

BOhetjaar127def.indd

Ik ken Tom Buijtendorp persoonlijk. Hij bood me de afgelopen zomer aan zijn boek Het jaar 117, dat vanmiddag wordt gepresenteerd in de Amsterdamse Athenaeumboekhandel, mee te lezen. Daar ben ik niet aan toegekomen en pas een week of twee geleden ben ik aan het boek begonnen. Ik heb mijn kans kritiek te leveren dus laten lopen en het zou nu wel heel onsportief zijn als ik me in dit stukje negatief zou uitlaten over Het jaar 117.

Gelukkig is er ook geen aanleiding voor scepsis of kritiek. Buijtendorp beschrijft puntgaaf hoe keizer Trajanus in 98 aan de macht kwam en hoe hij enkele bestuursmaatregelen nam in de provincie Germania Inferior. Daarbij maakt Buijtendorp duidelijk hoe dat het noordwesten van het Romeinse Rijk belangrijker was dan we geneigd zijn aan te nemen. Na enkele hoofdstukken over de verdere regering van Trajanus, vertelt hij over de troonsbestijging van Hadrianus in het jaar 117. Dat is een markant jaar, want Hadrianus besloot af te zien van verdere veroveringen. Enkele gebieden ten oosten van de Eufraat, die zeer kort bezet waren geweest door de Romeinen, werden opgegeven. Latere vorsten hebben nog wel wat toegevoegd, maar het imperium sine fine waarvan de Romeinen ooit hadden gedroomd, had plaatsgemaakt voor een wereldrijk met bestuurders die een evenwicht zochten tussen inkomsten en uitgaven.

Lees verder “Het jaar 117”

Welkom in Xanten

De Capitolijnse Trias (Archeologisch Museum Xanten)
De Capitolijnse Trias in het Archeologisch Museum van Xanten

Xanten: vanuit Nijmegen bezien net over de Duitse grens en interessant omdat er een complete Romeinse stad is. Of beter: vijf Romeinse nederzettingen.

Vijf nederzettingen

De Romeinen kwamen hier rond 13 v.Chr. aan. Tegenover de plek waar de Lippe in de Rijn uitmondt, bouwden ze op een lage heuvel een basis voor twee legioenen, Vetera, die nog zo’n tachtig jaar dienst zou doen. Iets naar het noorden lag een stadje: veteranen moeten immers ook ergens wonen, de graanleveranciers van het Romeinse leger moesten ook ergens slapen en de inheemse bevolking moest ook ergens leven. Het heette Cibernodurum, “markt van de Ciberni” (of Cugerni), en wellicht herkent u de analogie met Nijmegen: twee legioenen op de Hunerberg en even verderop een stadje dat Batavodurum heette, “Batavenmarkt”.

Lees verder “Welkom in Xanten”

De Bataafse Opstand (slot)

De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit "Edge of Empire")
De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit “Edge of Empire”)

Korte inhoud van het voorafgaande: de Bataven zijn in opstand gekomen en boeken succes na succes. De steden in Gallië verklaren zich onafhankelijk. In Rome is men echter klaar om de orde te herstellen. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink).

***

Inmiddels had Rome het onverslaanbaar grote leger op de been gebracht waarvan de komst sinds Civilis’ aanval op Xanten viel te verwachten. De generaal, Cerialis, was niet alleen familie van Vespasianus, maar had bovendien in Brittannië gestreden in het leger waartoe ook de nieuwe keizer en Julius Civilis hadden behoord. Tacitus portretteert Cerialis als een ietwat excentrieke maar efficiënte ijzervreter. Onder zijn leiding stonden het Eenentwintigste Legioen Rapax, onderafdelingen van de Rijnlegioenen die met Vitellius naar Italië waren getrokken, en tot slot het door Vespasianus opgerichte Tweede Adiutrix (“helpster”). Met hen rukte Cerialis op naar Mainz.

Lees verder “De Bataafse Opstand (slot)”

De Bataafse Opstand (7)

Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)
Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. De Bataven profiteren ervan door in opstand te komen, hebben in het najaar van 69 hun eerste successen geboekt en belegeren nu de Romeinse basis in Xanten. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink; landkaart hier).

***

In Italië begon het jaar 70 veelbelovend. De burgeroorlog was voorbij en er werden plannen gemaakt om de Rijnlegers te versterken. De grote vraag was of de versterkingen snel genoeg de winterse Alpen konden oversteken om de opstand een halt toe te roepen. Al snel bleek dat ze te laat waren.

Lees verder “De Bataafse Opstand (7)”