De Tigris

Amida en de Tigris

Ons woord Tigris komt van een oud, Perzisch woord Tigrā, dat we zouden kunnen vertalen als “pijlsnel”. De Sumeriërs noemden de rivier Id-igna, en in het Akkadisch, de taal van Babylonië en Assyrië, luidde de naam Idiqlat. De Sumerische naam betekent zoiets als “snel stromend”, wat het verschil aangeeft met de langzamere Eufraat.

De Tigris is ongeveer 1850 kilometer lang en ontspringt in het oostelijke Taurusgebergte, of in Armenië, zoals het destijds heette. In zuidoostelijke richting stromend bereikt de rivier Amida, het huidige Diyarbakır, waar de koninklijke weg van Assyrië naar Anatolië de rivier kruist. Er is nog altijd een opvallende brug. Oostwaarts en weer zuidoostwaarts stromend, passeert de Tigris de Assyrische hoofdsteden Nineveh, Nimrud en Aššur. Even verderop ligt Samarra, met zijn beroemde spiraalminaret. Ondertussen neemt de rivier de Batman, de Grote Zab, de Kleine Zab en de Diyala in zich op. Xenofon kwam er langs. Lees verder “De Tigris”

Filmpjes uit Irak

Zoals de trouwe lezers van deze blog weten, hebben mijn vriendin en ik afgelopen oktober een reis gemaakt door Irak. We bezochten de Sumerische steden in het zuiden, dronken thee bij de Moeras-Arabieren, waren verbaasd over de ontwikkeling van toeristische faciliteiten in Babylon, bezochten de Assyrische hoofdsteden Aššur, Nimrud, Khorsabad en Nineveh, zagen de stadswal van de door Alexander de Grote gestichte stad Charax, waren de eerste toeristen in tijden in Hatra en bezochten de voornaamste sji’itische heiligdommen. Mijn geliefde had het goede idee dat we filmpjes zouden maken. Zo kunt ook u het een en ander zien. Niet iedereen kan immers even twee, drie weken naar Irak.

U vindt de filmpjes hieronder. Verwacht geen Hollywood. We probeerden licht te reizen en hadden alleen een telefoon en een klein microfoontje bij ons, geen statief. De wind, het felle zonlicht en de hitte speelden ons regelmatig parten. Meer dan eens zagen we zelf niet wat we aan het filmen waren. Ook improviseerde ik de tekst te plekke, zonder aantekeningen. Kortom, het was amateurisme – maar in de beste zin van het woord: gemaakt uit liefde. Kees Huyser heeft van het ruwe materiaal nog wat toonbaars gemaakt. Waarvoor veel dank (en een fles met drank).

Lees verder “Filmpjes uit Irak”

De schade van ISIS

Door ISIS beschadigde inscriptie (Mar Behnam)

Zoals u weet oefende de zogenaamd Islamitische Staat ofwel ISIS ofwel Daesh recentelijk een schrikbewind uit in het noorden van Irak en het westen van Syrië. De terreur vormde een opvallend wreed en sadistisch hoofdstuk in de sowieso gewelddadige geschiedenis van deze regio. Het gebied heeft sinds de ondergang van het Ottomaanse Rijk rust noch duur gekend. Het zou voor de westerse media makkelijk zijn geweest de gebruikelijke oriëntalistische stereotypen van stal te halen, en dat gebeurde ook wel, maar dit keer was er ook iets anders. Er waren tevens berichten over de door ISIS georganiseerde plunderingen en verwoestingen van cultureel erfgoed. Toen ik Irak in oktober bezocht, waren die niet te missen.

Plundering

Eerst een kanttekening. Er zijn inderdaad plunderingen geweest en er zijn inderdaad antiquiteiten verkocht. Het was makkelijk. Er bestond immers al een door de autoriteiten gedoogd handelsnetwerk voor illegaal verworven oudheden. De westerse landen waren niet alleen grootafnemers, ze faciliteerden de zwarte handel ook met enerzijds een financiële structuur om belasting te ontwijken en geld wit te wassen en anderzijds academici die heling goedpraatten (meer).

Lees verder “De schade van ISIS”

Kalhu ofwel Nimrud

Twee lamassu’s uit het paleis van Aššurnasirpal (Nationaal Museum van Irak, Bagdad)

De afgelopen dagen had ik het over het oude Babylonië. Assyrië, het noorden van het huidige Irak, maakte deel uit van het Oud-Babylonische Rijk. Later herwon Mât Aššur, “het land van de god Aššur”, echter zijn zelfstandigheid en begon het aan een gestage expansie. Die is uitzonderlijk goed gedocumenteerd in vele duizenden kleitabletten. Het koninkrijk breidde zich in alle richtingen uit. Eén koning voor alle volken, was de ideologie, zo mooi beschreven door Daan Nijssen in Het wereldrijk van het Tweestromenland.

Het was daarbij een beetje – al moeten we voorzichtig zijn met vergelijkingen – zoals met de Spaanse conquistadores in Mexico: het succes van de vele veldtochten bewees dat de god Aššur het imperialisme steunde, de veroveraars deden dus godgevallig werk, en het was daarom niet vreemd dat ze veel buit binnenhaalden, want Aššur was een goede god die zijn vrome dienaars beloonde. En dus kwamen het goud, het zilver, het ivoor, de slaven, het koper, het edelsmeedwerk, het textiel, de paarden in grote aantallen en hoeveelheden naar de hoofdstad Aššur.

Lees verder “Kalhu ofwel Nimrud”

Geliefd boek: The ruins of Nineveh and Babylon

Twee lamassu’s uit Nineveh

Austen Henry Layard vertrok in augustus 1849 vanuit (toen nog) Constantinopel om opnieuw opgravingen te doen in Nineveh en Nimrud. Zijn verslag van deze periode is vastgelegd in Discoveries among the ruins of Nineveh and Babylon (1853) en vormt een fascinerende aaneenschakeling van beschrijvingen van zijn ontdekkingen, waaronder de beroemde Assyrische reliëfs waarvan hij sommige zelfs nog in kleur heeft gezien en de lamassu’s (een woord wat door Layard overigens niet wordt gebruikt; hij spreekt over het algemeen van “winged bulls”) alsmede van zijn ontmoetingen met de lokale stammen. Ook verhaalt Layard uitgebreid en enthousiast over de inborst en gebruiken van de bedoeïenen.

Broederschap

Een opmerkelijk voorbeeld van wat Layard zoals vertelt, vormt het bestaan van een “rediff”, een persoon uit een, bij voorkeur, vijandige stam met wie een strijder een broederschap vormt. Deze broederschap over en weer vormt een bescherming als beide stammen in oorlog raken. De strijder wordt dan, ondanks de oorlog, beschermd door de familie van de rediff en andersom, familie en vrienden van de rediff zijn beschermd tegen geweld bij de familie van de krijger. Een hele praktische maatregel om eventuele onderhandelingen te vergemakkelijken en geweld te voorkomen. De krijger en zijn rediff zijn onafscheidelijk, en de plaats van de rediff tijdens het reizen is op de achterhand van de dromedaris waar hij zich met hoog opgetrokken benen vastklemt aan het zadel. Wellicht dankt de rediff zijn naam aan deze plek: het Arabische woord radif betekent onder meer “bil”.

Lees verder “Geliefd boek: The ruins of Nineveh and Babylon”

Nimrud: een lamassu in een bodybag

Nimrud

In september 2016 heroverden Iraakse troepen de ruïnes van de Assyrische hoofdstad Nimrud op de zogenaamd Islamitische Staat. Het goede nieuws van de bevrijding van de mensen in de omliggende dorpen, die ruim twee jaar onderdrukt waren geweest, had echter een keerzijde: in Nimrud bleken vandalen de al bijna 2900 jaar oude ziggurat te hebben verwoest. De antieke tichels en bakstenen waren met bulldozers naar de Tigris geschoven. Ik blogde er al eens over. Diezelfde bulldozers sloopten het koninklijke paleis van Assurnasirpal II (r.883-850 v.Chr.).

Lees verder “Nimrud: een lamassu in een bodybag”

De ziggurat van Nimrud

De ziggurat van de Assyrische stad Nimrud in beter dagen.

Een ziggurat is het Mesopotamische equivalent van een Egyptische piramide: een grote, door mensenhanden gemaakte berg. De twee soorten monument zijn ook ruwweg even oud: de bouw gaat terug tot het derde millennium v.Chr. Er zijn echter twee verschillen: een ziggurat was geen graf maar een tempel, en ziggurats werden gebouwd tot in de hellenistische tijd, ruim een millennium nadat de Egyptenaren hadden besloten dat het welletjes was geweest.

Hoewel niet zo groot als de piramide van Cheops, konden de Mesopotamische tempeltorens behoorlijk hoog zijn. “Ziggurat” betekent dan ook zoiets als “hoogbouw”. De toren in Babylon was bijvoorbeeld 92 meter hoog. Het monument staat bekend als Etemenanki, het “huis van het fundament van de hemel op aarde”, wat veel zegt over de symbolische betekenis van een ziggurat. De tempeltoren van Anu in Uruk, een van de jongste uit de reeks, moet nog hoger zijn geweest. Voor de best-bewaarde ziggurat moet u naar Choga Zanbil in het Iraanse Khuzestan. Aan de voet meet die ruim honderd bij honderd meter en de bakstenen berg was zestig meter hoog.

Lees verder “De ziggurat van Nimrud”

Context is alles

Beeldje van een Nubiër (Metropolitan Museum of Art, New York)
Beeldje van een Nubiër (Metropolitan Museum of Art, New York)

Ik blogde er vorige maand over dat de Iraakse en andere troepen die Mosul bevrijdden van ISIS-terroristen, omzichtig om de ruïnes van de oude Assyrische hoofdstad Nineve heen trokken. De soldaten gaan zorgvuldiger om met de oudheden dan de verzamelaars, want het staat vast dat gestolen oudheden uit Irak en Syrië inmiddels zonder gêne in de kunsthandel worden aangeboden. Er lijkt sinds de plundering van de Egyptische musea en grafvelden weinig te zijn geleerd.

Het beeldje hierboven is niet door roof verkregen. De vindplaats is bekend: het komt uit het antieke Kalhu, tegenwoordig Nimrud en is in 1960 opgegraven door de British School of Archaeology. Doordat het afkomstig is uit een gecontroleerde opgraving, weten we dat het behoort tot een verzameling van zes beeldjes die ooit stonden op één sokkel – eigenlijk meer een lat. Dit is een stukje informatie dat we niet zouden hebben als dit beeldje illegaal op de markt was gebracht.

Lees verder “Context is alles”

Nimrud bevrijd

De NW-poort van Nineveh in 2008 (foto DS)
De noordwest-poort van Nimrud in 2008 (foto Diane Siebrandt)

De twee tweets die onder dit stukje staan: meer bewijs heb ik niet. Ze lijken echter van elkaar onafhankelijk en ze passen in een groter plaatje: de Iraakse troepen die vandaag een begin maakten met het offensief richting Mosul (ofwel het antieke Nineveh) hebben vandaag ook Nimrud bevrijd.

Nimrud is niet de echte naam van die oud-Assyrische stad. De echte naam was Kalhu. De naam Nimrud komt uit de Bijbel:

Hij was een geweldig jager voor het aangezicht des HEEREN; daarom wordt gezegd: Gelijk Nimrod, een geweldig jager voor het aangezicht des HEEREN. (Genesis 10.9; Statenvertaling)

Om een of andere reden zijn in het hele Midden-Oosten allerlei ruïnes geassocieerd geraakt met deze legendarische held. Dat is niet heel anders dan in Nederland, waar in de Middeleeuwen alle oudheden geassocieerd raakten met de Hunnen. Zoals wij Hunnenschansen een Hunerberg hebben, zo is er in Oost-Turkije een berg Nemrud en even verderop een citadel met die naam, in Israël een Kruisvaarderskasteel en in Irak dus een complete stad. Allemaal middeleeuwse naamgeving.

Lees verder “Nimrud bevrijd”

Tederheid

soldaat
Soldaat in Nimrud

In 2008, 2009 en 2010 trokken drie fotografen, Suzanne Bott, Mary Prophit en Diane Siebrandt, door noordelijk Irak om daar te documenteren hoe de ruïnes van de Assyrische koninklijke residenties Nimrud en Nineveh erbij lagen, hoe het was gesteld met de Parthische tempelstad Hatra, wat de situatie was in de musea, en of er schade was aan de christelijke kloosters Mar Elia en Mar Behnam, aan de joodse Nahum-synagoge en het islamitische heiligdom Al Habda.

Vandaag ontving ik zo’n drieduizend foto’s. Ik werk namelijk momenteel voor Ancient History Magazine aan een nummer over Nineveh en omdat ik nog geen gelegenheid heb gehad daar zelf heen te reizen, ben ik aangewezen op beeldmateriaal van mensen die er wel zijn geweest.

Omdat ik er nooit zelf was, heb ik geen vergelijkingsmateriaal, maar één ding lijkt me redelijk duidelijk: Nineveh was al behoorlijk beschadigd voordat de zogenaamde Islamitische Staat daar met bulldozers en springstoffen aan het werk ging. De foto’s van het museum uit Mosul tonen een culturele schatkamer waar je, omdat men sindsdien de boel kapotsloeg, ook niet echt vrolijk van wordt.

Eén foto trof me: de soldaat hierboven. Hij staat in een poort in Nimrud. Wat me treft is de tederheid waarmee hij het beeld van de lamassu (een kwaadafwerende demon) aanraakt. Iets uit een lang vervlogen tijd, niet direct relevant voor het Irak van vandaag, maar met een wijsheid die ons misschien nog iets zegt. Daarvoor respect hebben is een uiting van beschaving: het wil zeggen dat je beseft dat ook mensen uit een andere maatschappij met je verwant zijn.