Het evangelie van Thomas (2)

De kerk van Mar Thomas in Mosul, op de plek waar Thomas gewoond zou hebben. De traditie gaat terug tot minimaal de zevende eeuw.

In mijn vorige stukje over het evangelie van Thomas schreef ik dat we een Koptische tekst hebben en drie Griekse fragmenten. De datering is echter lastig. De versie die wij kennen is betrekkelijk jong maar dat sluit een oudere, herhaaldelijk bewerkte kern niet uit. Daarvoor zijn ook wel wat aanwijzingen. Ik noem er twee.

Geen profeet is geëerd

De eerste is Evangelie van Thomas 31.

Geen profeet wordt aanvaard in zijn eigen stad, geen arts geneest hen, die hem kennen. (vert. Slavenburg/Glaudemans)

Dit is een parallel met Marcus 6.1-4.

Lees verder “Het evangelie van Thomas (2)”

Nimrod

Misschien was een beschermgeest als deze uit Khorsabad wel het model voor Nimrod (Louvre, Parijs).

Waarom, zo kreeg ik als vraag voorgelegd, zijn er in het Midden-Oosten zoveel plaatsen die Nimrod heten?

Dat weet ik toevallig.

Eerst maar even wat achtergrond. Genesis bevat een opsomming van alle volken die de auteur van dat deel van de Bijbel kende, gepresenteerd als afstammelingen van Noach. Hierin zit ook het volgende stukje:

Kus was de vader van Nimrod, die de eerste machthebber op aarde was. Hij was een geweldig jager, door niemand overtroffen. Vandaar de uitdrukking: een voortreffelijk jager, een tweede Nimrod. Eerst heerste hij over Babel, Uruk, Akkad en Kalne in het land Sinear. Vanuit Sinear trok hij later naar Assyrië, waar hij Nineveh, Rechobot-Ir en Kalach bouwde, en ook de grote stad Resen, tussen Nineve en Kalach. (Genesis 10.8-12; NBV21)

Lees verder “Nimrod”

Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije

Een van de mooiste gebouwen in Turkije: de Hagia Sofia in Trabzon

Wat valt er in Turkije zoal te zien? Ik behandelde vorige week de zuidwestkust, het noordwesten van het Aziatische deel van Turkije en het centrum. Vandaag gaan we naar het oosten. En dan moet meteen het hoge woord eruit: alles hier is omstreden. Niemand trekt in twijfel dat dit gebied eeuwenlang bewoond is geweest door Armeniërs, wier taal en religie sinds de Perzische tijd tot de twintigste eeuw gedocumenteerd zijn, en niemand ontkent dat de Armeense bevolking tijdens de Eerste Wereldoorlog beestachtig is afgeslacht. In Europa spreken we van de Armeense Genocide, een naam waartegen Turken bezwaar maken. Ik laat die kwestie rusten. Ik laat ook de relaties tussen de Koerden en de Turkse overheid onbesproken. U leest Volg de wolken van Marcel Kurpershoek maar, een boek dat alle stemmen aan het woord laat.

Middeleeuws erfgoed

Ik begin in Trabzon, het antieke Trapezous en het middeleeuwse Trebizonde. Niet veel oudheden hier, maar wel het op één na mooiste Byzantijnse kerkje dat ik ooit zag. (Morgen het mooiste.) Achter Trabzon is in de bergen het Soumela-klooster, met prachtige wandschilderingen. Het achterland is heel aantrekkelijk, dus de lange rit naar Erzurum – prachtige Seljukische gebouwen – is bepaald geen straf. Nog verder ligt Kars en daar achter ligt, in het zwaar bewaakte grensgebied met Armenië, Ani.

Lees verder “Vijfmaal werelderfgoed: Oost-Turkije”

Maës, de antieke Marco Polo (2)

Een priester en een kind (Dalvarzin Tepa; Archeologisch Museum, Termez)

In het eerste stukje vertelde ik dat Maës was begonnen aan een reis die hem naar de Stenen Toren zou brengen, ergens in Centraal-Azië. Het einddoel was de hoofdstad van China.

Het Parthische Rijk

Ptolemaios noemt in 1.12 diverse plaatsen die Maës heeft aangedaan. Na het oversteken van de Eufraat was hij in het Parthische Rijk. Het reisgezelschap trok eerst door Mesopotamië, waar het de steden Edessa en Nisibis moet hebben aangedaan. Vervolgens bezocht het de Aramees-sprekende bevolking van Assyrië. Dat Ptolemaios niet de later populaire naam “Adiabene” gebruikt voor Noord-Irak, suggereert een vroege datering van Maës’ reis.

Lees verder “Maës, de antieke Marco Polo (2)”

“Naar alle kanten het Rijk vergroot” (2)

Ktesifon

[Vandaag het tweede van vier blogs over de veldtochten van keizer Septimius Severus (r.193-211), die het Romeinse Rijk bracht tot zijn grootste omvang. Dat dit onder Trajanus zou zijn gebeurd is vooral propaganda van Mussolini. Het eerste deel is hier.]

De verovering diende om de welvarende provincie Syrië meer veiligheid te bieden, aangezien deze door de Eufraat alleen slecht werd beschermd. De verovering van Mesopotamië was dus een defensieve maatregel. In dit licht moet ook de tweede Parthische veldtocht van Severus worden gezien: in 197/198 voer hij de Eufraat af naar de Koninklijke Kanalen, de verbinding tussen Eufraat en Tigris op het punt waar deze rivieren elkaar halverwege Irak even naderen. Herodianos schrijft (in de vertaling van M.F.A. Brok):

De troepen van Severus ontscheepten zich en plunderden het land. Alle vee dat hun in de weg kwam dreven ze weg om hun voedselvoorraad aan te vullen en de dorpen waar ze door kwamen staken ze in brand. Na korte tijd bereikten ze bij hun opmars Ktesifon, waar de koning der koningen resideerde. De Romeinse soldaten overvielen de volkomen verraste Parthen, vermoordden iedereen die hun in de weg kwam en plunderden de stad. Alle vrouwen en kinderen namen ze mee als krijgsgevangenen. De koning zelf was gevlucht met een groepje ruiters en zo konden de Romeinen zich ook van zijn schatkamers meester maken. Ze roofden alle sieraden en kostbaarheden en begonnen toen aan de terugtocht. (Herodianus 3.9)

Lees verder ““Naar alle kanten het Rijk vergroot” (2)”

“Naar alle kanten het Rijk vergroot” (1)

De boog van Septimius Severus op het Forum Romanum

Een van de opvallendste monumenten op het Forum in Rome is de ereboog van keizer Septimius Severus. Als u er niet vertrouwd mee bent, zult u misschien de filmscène uit Roman Holiday kennen waarin Gregory Peck een slapende Audrey Hepburn vindt en een taxi voor haar belt; de ereboog is steeds zichtbaar op de achtergrond. Hoewel de reliëfs van dit monument in de twintigste eeuw zwaar te lijden hebben gehad van de zure regen, is het opschrift nog goed te lezen:

Ter ere van Imperator Caesar Lucius Septimius, zoon van Marcus, Severus Pius Pertinax Augustus, vader des vaderlands, overwinnaar van de Arabische Parthen, overwinnaar van de Adiabenische Parthen, opperpriester, in het elfde jaar van zijn bevoegdheid als volkstribuun, elfmaal uitgeroepen tot Imperator, driemaal consul, proconsul […] omdat hij met zijn bijzondere talenten de staat intern heeft hersteld en naar alle kanten het Rijk heeft vergroot; geschonken door Senaat en Volk van Rome.

Lees verder ““Naar alle kanten het Rijk vergroot” (1)”

Vissen

De visvijver
De visvijver

Şanlı Urfa is een stad in het zuidoosten van Turkije. Rijd naar het westen en je bereikt na een uur de Eufraat, ga naar het oosten en je staat na een halve dag aan de Tigris. De wegen zijn perfect maar zwaarbewaakt, want ze vormen de grens met Syrië, dat zo’n veertig kilometer verder naar het zuiden ligt. In de Oudheid heette het hier Osrhoëne, wat is afgeleid van Urhai, de oudste naam van deze stad. De moderne naam Urfa is er ook van afgeleid.

De soldaten van Alexander de Grote noemden de stad overigens Edessa, omdat de plek lijkt op de gelijknamige stad in Macedonië: op een hoog terras was een citadel waar het water van neerstroomde, naar een groot waterbekken. Daar is nu een vijver waarin zoveel vissen zwemmen, dat ik er, toen ik er tien jaar geleden voor het eerst kwam, onpasselijk van werd.

Lees verder “Vissen”